Plotselinge vissterfte

Plotselinge vissterfte

()
Soms gebeurt het dat er “zomaar ineens” massaal vissen doodgaan, en soms ook nog beperkt tot één bepaalde soort. Op het oog is er niets mis met het water, er is geen nieuwe vis bijgekomen en er is ook geen ander merk voer gebruikt. Toch is er kennelijk iets verandert. Maar wat dan?

Laat ik er om te beginnen van uitgaan dat je de wekelijkse waterverversingen braaf hebt bijgehouden en dat je de filter(s) en de bijbehorende pompen regelmatig en voldoende tijdig hebt schoongemaakt, zie voor dat onderwerp: Hoe-vaak-moet-ik-de-pompfilter-schoonmaken

Ik ga er ook vanuit dat je niet recent in je bak met chemicaliën bezig bent geweest zoals anti-algmiddelen of anti-slakkenspul of zo.

Vuil ophoping in het aquarium

Waar veel vissen gevoelig voor zijn is plotseling vuil water. Wanneer de hoeveelheid giftige stoffen heel langzaam oploopt kunnen vissen daar tot op zekere hoogte “aan wennen”, maar wanneer de concentratie in korte tijd sterk oploopt zal er vergiftiging optreden. Een mogelijk teken dat daarop kan duiden zijn het donker kleuren van de vissen en versnelde ademhaling. Zoiets kan op verschillende manieren ontstaan. Ik zal een paar voorbeelden geven en misschien zit er iets bij waardoor jij op het juiste spoor gezet wordt.

Wanneer een bodem dichtslaat met vuil (zandbodems zijn berucht, maar grindbodems doen het ook, het duurt alleen langer) ontstaat er na verloop van tijd een anaërobe (zuurstofloze) bodem. De bacteriën die daarin leven produceren diverse stoffen die normaal gesproken in de bodemzone blijven totdat daar een oververzadiging met die stoffen ontstaat of de boel verstoord wordt. Die stoffen kunnen in hogere concentraties het water snel en volledig verpesten. Bij regelmatig onderhoud en waterverversen hoort ook altijd (een deel van) de bodem schoongemaakt te worden, om te voorkomen dat deze vervuild en tenslotte dichtslaat. Door bij elke waterverversing steeds een ander gedeelte van de bodem “mee te nemen” blijft de boel schoon. Wanneer er wel wekelijks water wordt ververst en ook delen van de bodem worden schoongehouden, kan het zijn dat sommige delen toch altijd worden overgeslagen, doordat daar stenen, stukken hout of andere decoratiematerialen op de bodem liggen. De bodem daaronder wordt dan langzaam maar zeker anaëroob.

Wanneer je met een stokje in de bodem poert en er komen gasbellen uit, dan heb je zeker weten te maken met een dichtgeslagen bodem; de zuurstofloze bacteriën produceren moerasgas.

Als een bodem eenmaal is dichtgeslagen of als de inrichting van de bak wordt gewijzigd, of er worden planten bijgeplaatst (of uitgedund, of verplaatst) wordt de bodem verstoord en begint die zijn vuiligheid aan het water af te geven. De opgeloste stoffen (bijvoorbeeld zwavelverbindingen) zijn niet zichtbaar, maar wel giftig. En uiteraard is de ene soort vis gevoeliger voor een bepaalde concentratie dan de andere.

Problemen met aquariumfilter

Een andere mogelijkheid is dat er problemen met het filter zijn ontstaan. Uiteraard kan ook een filter dichtslaan, maar ook onderin een filter (onder de filtermassa) verzameld zich na verloop van tijd een lading bagger die, wanneer de kritische grens wordt overschreden, voor narigheid gaat zorgen. Ook actieve kool die te lang in een filter wordt gelaten kan dat soort problemen veroorzaken. Kool haalt over langere tijd giftige stoffen zoals zware metalen uit het water, maar wanneer de kool oververzadigd raakt keert de reactie om en wordt in een vrij korte tijd een groot deel van de opgeslagen stoffen weer aan het water afgestaan. Dat is de reden dat over het algemeen wordt aangeraden actieve kool niet langer dan vier weken in het filter te laten, of om het te verwijderen wanneer het zijn taak (medicijnen en/of kleurstoffen uitfilteren) volbracht heeft.

Ook kan een verstoring (stroomstoring, filter te lang uitgestaan, slijtage aan de pomp, dichtgeslagen filtermassa, steentje tussen de impeller) ervoor zorgen dat de doorstroming van het filter terugloopt. De biologische bacteriën die in het filter leven zijn aërobe (dus zuurstof verbruikende) bacteriën. Loopt de doorstroming van het filter terug, dan kunnen door zuurstofgebrek IN HET FILTER deze bacteriën massaal sterven. De dode bacteriën veroorzaken een nog verdere daling van de zuurstofwaarde in het filter waardoor het proces van afsterven zichzelf versneld. Deze dode bacteriën veroorzaken eveneens een snelle en zeer zware verontreiniging van het water.

Nitrietpiek

Laatste wat ik kan bedenken is dat er een nitrietpiek is opgetreden. Wanneer bijvoorbeeld het filter zodanig is gereinigd dat een groot deel van de bacteriën verloren ging (filtermassa met water warmer dan 30 graden uitgespoeld, filter te lang laten staan voor het schoonmaken of na het schoonmaken niet snel genoeg weer in bedrijf gesteld) dan kan de resterende bacteriekolonie de belasting niet aan waardoor de nitrificatie verstoord wordt en de nitrietwaarde omhoog schiet. Ongeveer vergelijkbaar met wanneer er teveel voer werd gegeven: het niet opgegeten voer gaat rotten, de bacteriën zijn op deze plotselinge toename van de waterbelasting niet ingesteld en het gevolg is een nitrietpiek.

Misschien is het in jouw geval ook wel een combinatie van factoren, maar in mijn ervaring betreft het meestal de bodem. Na uitgebreid testen en vergelijken van diverse korrelgroottes en substraatdiktes heb ik voorgoed afscheid genomen van natuurlijke zandbodems (en van fijnkorrelige voedingsbodems in ander substraat) en van grindbodems grover dan 3mm. “Mijn” perfecte bodem bestaat uit grind van 1-3mm, géén voedingsbodem erin (ze werken toch maar een vrij korte tijd en geven een boel bende wanneer je planten bijzet of verplaatst), en een substraatdikte van 5-8mm wanneer die uitsluitend als bodembedekking wordt gebruikt. Dikker dan 6mm is per definitie zuurstofloos dus heeft als filtercomponent in de stikstofkringloop (bacteriehuisvesting) geen zin. Alleen wanneer ik véél planten in het substraat plant, (de zgn. “plantenbak”) werk ik met een dikkere substraatlaag: 4-7 cm, maar als het om één of enkele planten gaat dan zet ik die wel in een terra cotta pot met bodemgrind (kan ik ze ook makkelijk verplaatsen en onderhouden) en blijft de bodemlaag in de bak dun.

Fijnere korrels zoals van een zandbodem slaan snel dicht, grovere korrels bieden ertussen plek aan veel vuil en zijn moeilijk te reinigen: het omhooghalen met een vuilklok en hevelslang gaat moeilijker omdat de steentjes zwaarder zijn en dus minder makkelijk opwervelen om het vuil ertussenuit te laten.

Uiteraard is het aan ieder voor zich om te bepalen wat iemand voor bodemsoort en –dikte in zijn bak kiest, maar met ruim 60 aquaria in gebruik en onderhand al bijna 40 jaar ervaring in visjes houden en kweken ben ik hierop uitgekomen.

Hopelijk helpt het je bij het determineren waaraan je vissen “zomaar” bezweken.

Bron: Flevovis

Hoe nuttig was dit bericht?

Klik op een ster om deze te beoordelen!

Gemiddelde waardering / 5. Stemtelling:

Tot nu toe geen stemmen! Wees de eerste die dit bericht waardeert.

Het spijt ons dat dit bericht niet nuttig voor je was!

Laten we dit bericht verbeteren!

Vertel ons hoe we dit bericht kunnen verbeteren?

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Zoekfilter

zoekfilter

Nieuws, Updates en Acties

Wil je op de hoogte gehouden worden van Nieuws, Updates en Acties op de AquaInfo website? Schrijf je dan hieronder in!