Kweekverslag L201 Hypancistrus sp.

Facebook X (Twitter) Pinterest WhatsApp Reddit Pocket Telegram Email

L201 Hypancistrus Inspector

De L201 is een rustige meerval, behorende tot de Hypancistrus familie. De L201 is zwart met witte stippen over het gehele lichaam. De vis behoudt de stippen ook als deze volwassen is.

Oorsprong

De L201 leeft op de grens van Brazilië en Venezuela, en is onder meer gevonden in de Rio Orinoco en de Amazone.

Grootte

De L201 wordt maximaal 12 cm groot.

Voedsel

De L201 zijn omnivoren. Ze eten plantaardig voedsel zoals algen en komkommer maar ook vlees zoals krill, mysis, muggenlarven en artemia. Tevens eten zij in het aquarium mee met droogvoer zoals granulaat of tabletvoer.

Verschil man/vrouw

Het verschil tussen man en vrouw is bij de L201 moeilijk te zien. De mannen ontwikkelen meer stekels op de zijvinnen, deze zijn soms beter zichtbaar tijdens de paartijd. Het vrouwtje is over het algemeen ook wat forser dan het mannetje.

Waterwaarden

pH 6.8 – 7.2
Temperatuur 24 – 30 °C

Table of Contents

Omstandigheden

3 volwassen L201 in een aquarium van 50 x 50 x 55 cm. De bak is ingericht met een dunne laag zand op de bodem, een stuk hout en diverse legholen met de een doorsnede van ongeveer 5 cm. Temperatuur 28 graden. pH 6,0 Geleidbaarheid 240 microsiemens

Kweek van de L201 Hypancistrus sp.

Om de L201 te stimuleren om af te zetten, is het water zacht gemaakt door gebruik te maken van osmosewater. Het regenseizoen is nagebootst door eerst een lage waterstand te houden in het aquarium. Hierna is het aquarium afgevuld met koeler, zachter water. Het water is aangezuurd tot een pH 6,0 met behulp van Eikenbladextract.

Tijdens het paringsritueel zoekt het vrouwtje herhaaldelijk het mannetje op in zijn hol. Hierna verlaten ze af en toe het hol en komen weer terug. Hierbij wrijven ze hun lichamen tegen elkaar en trillen ze met hun lichamen en vinnen. Vervolgens blijven ze enige uren samen in het hol, waarbij ze de eitjes afzetten. Gemiddeld worden er 25 tot 50 eitjes afgezet. De eitjes liggen als een klomp aan elkaar in het hol. Na het afzetten verlaat het vrouwtje het hol en blijft het mannetje gedurende 2 weken de eieren en de larven bewaken.

Na ongeveer 7 dagen komen de larven uit. De larven zijn dan nog zeer klein en hebben een grote dooierzak. Na ongeveer 2 weken is de dooierzak verteerd en zal de jonge L201 voedsel gaan zoeken. Op deze leeftijd verlaten zij dan ook het hol op zoek naar voedsel.De ouders krijgen gevarieerd eten, diverse tabletten met onder andere spirulina, maar ook diepvriesvoer zoals rode en zwarte muggenlarven, artemia, mysis, cyclops. De jongen krijgen eerst fijn voer zoals artemiavervanger, kreefteneitjes en fijngemalen tabletten. Als ze wat groter zijn geworden eten ze ook diepvriesvoer mee. Op de leeftijd van 8 weken zijn de jongen ongeveer 2,5 cm groot. De kweekbak wordt 2x per week ververst, 15% per keer.