Welkom in de chaos van Nicaragua, land van de grote meren en de vulkanen. Dit was mijn eerste gedachte over Nicaragua, maar dan wel op een zeer prettige manier bedoelt. Als ik aan een Centraal Amerikaans land denk, dan denk ik aan een land zoals Nicaragua. Nicaragua is kleurrijk en bijzonder mooi met een erg vriendelijke bevolking. Van de jarenlange burgeroorlog is ogenschijnlijk weinig terug te vinden. Zelf heb ik totaal geen nare ervaring overgehouden aan dit bezoek aan Nicaragua. Nicaragua is een arm land, waarvan het grote merendeel van de bevolking op de smalle strook tussen het Lago de Nicaragua en de Pacifische kust in het westen woont.
Lago de Nicaragua
Voor mij was één van de hoogtepunten van deze reis het bezoek aan het Lago de Nicaragua, oftewel het meer van Nicaragua. De Spanjaarden noemden dit meer ‘Zoetwaterzee’ vanwege zijn immense afmetingen en ik kan niet anders doen dan dit beamen. Vlak nadat ik de grens was gepasseerd, ving ik de eerste blikken al op van het meer en ik was totaal overdonderd. “Dit is geen meer, maar een zee”, dacht ik. Een eindeloze plas met vies bruin water en als enig breekpunt Isla de Ometepe, een eiland in het midden van het meer.
Mijn reisdoel was een bezoek aan het Isla de Ometepe dat de vorm heeft van een acht, veroorzaakt door de twee vulkanen die erop staan. Met een boot vertrok ik vanuit Rivas richting het eiland. In de kleine haven is het een enorme chaos om iedereen aan boort te krijgen, die maar twee keer per dag overvaart. Ook moesten er een vrachtwagen en een bus mee op de boot, waarvan ik dacht dat het onmogelijk was om deze erop te krijgen. Eindelijk vertrok de boot dan en werden we een pion in het water, een speelballetje van dit meer. Van oorsprong was dit meer verbonden ben de Pacifische Oceaan, maar door diverse vulkaanuitbarstingen is er een landengte ontstaan waardoor het meer werd afgesneden van de oceaan. Door de toevoer van vele rivieren die op het meer uitkomen, is het water in het meer langzaam zoet geworden. Dit had ook tot gevolg dat de vissen die in het meer zaten en die van oorsprong uit de oceaan kwamen in de evolutie mee gingen. Zo worden hier de enige zoetwaterhaai en zoetwatermarlijn ter wereld gevonden. Jammer genoeg worden deze dieren zeer zelden waargenomen. Er komen veel grote cichliden in dit meer voor, waaronder Parachromis managuensis, Parachromis loisellei, Parachromis dovii, Hypsophrys nicaraguensis, Amphilophus labiatus, Amphilophus citrinellus, Amphilophus rostratus, Vieja maculicauda. Een andere vis die veelvuldig in het meer wordt aangetroffen is Lepisosteus tropicus. Deze vis had ik eerder al in Costa Rica aangetroffen in de Rio Frio.
Isla de Ometepe is het grootste eiland dat in het meer ligt en heeft een zeer geïsoleerde bevolking. Tijdens de burgeroorlog in de jaren 70 en 80 heeft de bevolking van dit eiland er nauwelijks enige betrokkenheid in gehad. In het zuiden van het meer bij de grens met Costa Rica ligt de archipel van Solentiname, bij Granada in het noord-westen van het meer liggen de Isletas de Granada en het eiland Zapatera en verder liggen er nog een kleine 20 eilandjes verspreidt over het noorden en het oosten van het meer. Eén van de bekendste rivieren voor cichlidenliefhebbers, die vanuit het meer in de richting van de Atlantische kust stroomt, is de Rio San Juan. Bijna al de vissen die in deze rivier voorkomen, worden ook in het meer aangetroffen, maar er zijn grote verschillen te zien tussen de soorten. Op het eiland en rondom het meer is tropisch warm en je treft een tropische vegetatie aan. Veel vogels die elders in Midden Amerika nauwelijks voorkomen, kom je hier in grote aantallen tegen. Op een aantal plaatsen zijn aardewerk en zogenaamde petrogliefen gevonden. Petrogliefen zijn grote stenen waarin een godsdienstige afbeelding is uitgehakt op een zeer verfijnde manier. Er is weinig bekend over de makers van deze tekeningen, maar de oorsprong ligt rondom het begin van de moderne jaartelling.
Op het eiland zijn vijf kleine riviertjes te vinden en enkele lagunes. In deze kleine naamloze riviertjes komt een zeer mooi gekleurde variant van Amatitlania nigrofasciata voor. De dwarsstrepen die deze soort kenmerkt zijn veel vager, maar daarvoor in de plaats heeft de vis mooie rode en gele pastelkleuren gekregen. Het enige riviertje dat ik bezocht heb, ligt precies op de dunne landengte tussen de twee vulkanen in. De omgeving van deze rivier oogt zeer weelderig en tropisch, veroorzaakt door de voedselrijke vulkanische ondergrond. Met name op de grote open stukken grasland is de rivier erg ondiep en zijn er een aantal verbredingen ontstaan. Juist in deze ondiepe stukken tref je veel vis aan.
Lavasteen
Wanneer men vissen houdt die afkomstig zijn uit het Lago de Nicaragua en een biotoop wil namaken, zal tot een grote verassing komen te staan. Een groot misverstand in de liefhebberij is ontstaan door het gebruik van lavasteen, want deze steensoort zou niet in een aquarium thuishoren. Tot mijn grote verbazing trof ik langs de gehele zuid-, west- en noordkust van het meer en ook op het eiland overal vulkaansteen aan. Op plaatsen waar oude lavastromen in het meer uitkomen, zijn steile kliffen ontstaan, die bestaan uit vulkaansteen. Op stranden en langs de rotsachtige baaien worden overal afgebroken stukken vulkaansteen aangetroffen. De bodem van de ondiepe delen in het meer bestaat ook uit een donkere mengeling van vulkaangruis en vulkaansteen. Het geeft allemaal een vrij grillig aanzien, mede door de vieze zandbruine kleur van het water.
In de maand november wordt dit nog eens versterkt door de wind die dan een belangrijke rol speelt, waardoor het water erg veel golfslag heeft en je nog meer het idee geeft van een zee.
Er worden veel planten in het meer gevonden, waaronder het bekende hoornblad en waterpest. Ook drijven er bij inhammen en rustige baaien veel waterplanten op het water; Waterhyacinten en mosselplanten. Voor mij was het onmogelijk om een blik onderwater te werpen om vis te gaan zoeken, maar gelukkig vond ik op het strand bij Isla de Ometepe een aangespoeld exemplaar van Parachromis managuense met werkelijk een enorme afmeting van meer dan 50 cm.
Op Isla de Ometepe liet het meer een bijzondere indruk bij mij achter. Teruggekomen op het vaste land bezocht ik de stad Granada, gelegen aan de noordrand van het meer. Het meer vanuit deze grote stad gezien, geeft een totaal ander beeld dan vanuit Isla de Ometepe. Grote industrie heb ik hier niet gezien, maar de ongelofelijke hoeveelheden afval die in het water dreef, vertelde genoeg. Dit meer dient voor de inwoners van Granada als vergaarbak van afval en het stadsriool loopt erin uit. De stranden waren werkelijk bezaaid troep. Helaas dat de mens zo’n grote invloed uitoefent op een dergelijk mooi meer.
Consumptie van cichliden
Na het bezoek aan het eiland stond de plaatselijke markt van Granada op het programma. Dit was de gelegenheid om te zien welke vis er uit het meer wordt gehaald. Vis is voor de lokale bevolking in dit gebied een belangrijke voedingsbron en het meer levert dagelijks een onophoudelijke stroom aan. Op de markt is het niet moeilijk om de afdeling met vis te vinden, want je volgt gewoon de penetrante geur naar het deel van de markt waar de vis ligt. Het is een hele vreemde gewaarwording om te zien hoe onze juweeltjes van cichliden hier worden verhandeld om uiteindelijk op tafel te verschijnen. Van klein tot groot, alles is eetbaar. Met volle verbazing heb ik staan kijken naar de diversiteit aan vis die hier ligt uitgestald en het verbaasde me nog meer dat 80 procent van de vis cichliden zijn. De voornaamste soorten die hier uitgestald lagen waren Amphilophus rostratus, Amphilophus citrinellus en Parachromis dovii. De andere 20 procent bestond uit karperachtigen en grote voorn-achtigen. Naast de vis trof ik ook veel zoetwaterkrabben aan. Deze ‘dunne’ krabben hadden een gemiddelde lengte van 8 tot 10 cm en een bruin rode kleur. Helaas kwam ik ook diverse Tilapia’s tegen die uitgezet zijn in het meer ten behoeve van de consumptie.
Een groot probleem dat zich inmiddels in alle Midden-Amerikaanse landen voordoet is de grote verspreiding van de Tilapia. Deze vraatzuchtige vis, die van oorsprong uit Afrika afkomstig is, is in deze landen uitgezet voor de consumptie. De vis heeft een enorm goed aanpassingsvermogen en kan zich in korte tijd massaal voortplanten. Dit heeft ertoe geleid dat vele soorten cichliden reeds in aantal sterk achteruit zijn gegaan. De Tilapia heeft het voornamelijk gemunt op de jonge dieren van de inheemse vissen, waardoor er weinig dieren volwassen worden en zich vervolgens weer voort planten.
Een mooi voorbeeld hiervan is het Lago de Nicaragua in Nicaragua. Tijdens een gesprek met een lokale visser, werd mij duidelijk dat de Tilapia in zulke grote aantallen voorkomen, dat een aantal soorten al een tijdje helemaal niet meer worden gevangen. De lokale vissers zijn hier niet erg blij mee, vanwege het feit dat zij een aantal traditionele gerechten niet meer kunnen bereiden.
Costa Rica kent een groot aantal Tilapiafarms waar deze vissen worden gekweekt in afgebakende bassins, maar dit heeft niet kunnen voorkomen dat de vis in het wild terecht is gekomen. Ook hier is deze soort op een aantal plaatsen een ware plaag aan het worden. Tijdens het zoeken naar mooie inheemse cichliden kwam het dus ook voor dat ik wel eens een Tilapia te pakken had, terwijl ik hoopte op een mooie andere soort.
De gevolgen van de introductie van een uitheemse soort, kan leiden tot grote problemen. Het is enorm belangrijk dat men hiermee heel zorgvuldig omgaat, maar ga dat maar eens vertellen aan een groep mensen die in een derde wereld land wonen waar niet veel te eten is. Laten wij in ieder geval zuinig zijn op de soorten die in onze aquaria rondzwemmen en ervoor zorgen dat er zo nu en dan zuivere bloedlijnen worden aangevoerd.
Lago de Managua
Nicaragua bezit naast het Lago de Nicaragua nog een ander groot meer, het Lago de Managua. Dit meer met een oppervlakte van 1016 km2 wordt ook wel Lago Xolotlan genoemd. Op weg van Granada naar Leon bezocht ik het Lago de Managua en dit meer liet geen goede indruk op mij achter. Aan één van de oevers is de hoofdstad van Nicaragua, Managua gevestigd. In tegenstelling tot het Lago de Nicaragua vind je hier wel grote industriegebieden, waardoor dit meer sterk verontreinigd is. De drie grootste aanvoerrivieren de Rio Viejo, Rio Sinecapa en Rio Pacora voeren daarnaast ook nog eens grote hoeveelheden pesticiden aan, die in de binnenlanden voor landbouwdoeleinden worden gebruikt. Het water oogt erg smerig en heeft vrijwel dezelfde bruine kleur als het Lago de Nicaragua. Lange tijd waren deze twee grote meren met elkaar verbonden door de Rio Tipitapa, maar sinds 1850 fungeert deze rivier alleen nog maar als overloop van het Lago de Nicaragua wanneer het water te hoog is. De laatste keer dat dit plaatsvond was in 1982. De gemiddelde diepte van het meer is 7,8 meter met een uitzondering van een diepe put van 26 meter in de buurt van het vulkanische Momotombito eiland. In het meer komen voor een groot deel dezelfde vissen voor als in het Lago de Nicaragua, dus hier zal ik niet verder op ingaan.
Laguna de Apoyo
Tussen de twee grote meren, Lago de Nicaragua en Lago de Managua zijn nog enkele kleine meren en lagunes te vinden. Eén van deze lagunes is het Laguna de Apoyo, gelegen 10 kilometer ten noorden van Granada. Deze lagune is ontstaan na de laatste uitbarsting van de vulkaan Apoyo zo’n 10.000 tot 20.000 jaar geleden. In tegenstelling tot het vieze water van het Lago de Nicaragua en het Lago de Managua is het water uit de Laguna de Apoyo ongelooflijk helder en heeft het een temperatuur van ongeveer 24 graden. Het blauwe heldere water heeft een licht zoutige smaak, dat veroorzaakt wordt door diverse ondergrondse bronnen. Dit verklaart ook de naam van de lagune, want Apoyo betekent in het Nahuatl ‘kruidig water’.
De lagune heeft de typische ronde vorm van een kratermeer (met een diameter van slechts 6 kilometer) en is omgeven door steile hellingen van onder andere de vulkaan Mombacho. De steile hellingen bestaan uit dichte bebossing en bovenop de top zijn enkele landbouwperceeltjes van boeren die onder andere koffie, kool, mango’s en maïs verbouwen. Al met al heeft de lagune een uitstraling van een klein paradijs. Gelukkig is dit gebied aangewezen als beschermt natuurgebied, zodat al dit moois bewaard blijft.
Massaya vulkaan:
De lagune, met als diepste punt rond de 200 meter, wordt gevuld met voornamelijk vulkanisch gesteente en een zeer tropische, unieke vegetatie. De vissen die in de lagune voorkomen hebben zich volledig aangepast aan de omstandigheden die hier heersen en een aantal soorten zijn dan ook nergens anders te vinden. Enkele exemplaren die langs de rotsachtige oevers in de lagune voorkomen zijn Amphilophus citrinellus, Amphilophus labiatum en Amphilophus zaliosum. De Amphilophus zaliosus is een endemische soort voor deze lagune.
Het ‘Amphilophus citrinellus complex’ is een bekend voorbeeld van de evolutie van een vis in deze lagune. Willem Heijns heeft tijdens zijn bezoeken aan deze lagunes en meren tal van deze soorten bestudeerd en meegenomen naar Nederland.
De oude, waarschijnlijk natuurlijke introductie van de vis in de lagune, heeft deze soort de mogelijkheid gegeven om een aantal natuurlijke varianten te ontwikkelen op het gebied van eten en voortplanting. Zo heb ik van deze vis diverse kleurstellingen gezien waaronder de bekende rode variant, maar ook varianten die bruin, zwart of goudkleurig waren. Ook een aanzienlijk verschil in patronen heb ik waargenomen, zoals exemplaren met en exemplaren zonder dwarsstrepen. In de Laguna de Apoyo komen in totaal vijf verschillende varianten voor, waarnaar in de afgelopen 10 jaar al veelvuldig onderzoek is gedaan door deskundigen van de University of Central America en de University of Maryland in samenwerking met Proyecto Ecologico, een lokale non-profit organisatie die de onderzoekstations beheert. De lengte van de vis, die door de lokale bevolking ‘Mojarra’ wordt genoemd, ligt gemiddeld rond de 20 a 25 cm en dus niet zoals bij ons in het aquarium rond de 30 a 40 cm.
Na het bezoek aan de grote meren, moest ik afscheid nemen van Nicaragua. Een lange reisdag naar de grens met Honduras lag voor de boeg. Onderweg passeerde ik diverse interessante rivieren, waarvoor ik nog wel een keer terugkom. De omgeving in het noorden van Nicaragua, waaronder de provincies Matagalpa en Madriz kenmerkt zich door een zeer vriendelijk aandoend hoogland. Geen extreme en grillige bergen en rivieren die door brede dalen stromen op hun weg naar de zee of een groot meer. Soorten die in dit gebied voorkomen zijn onder andere Amphilophus longimanus en Cryptoheros nigrofasciatus. Deze soorten komen ook over de grens in Honduras voor vandaar dat ik voor deze reis het gebied versloeg.
Tot slot over Nicaragua
Grootsheid en weidsheid zijn twee kernwoorden voor dit land. Wanneer je op een vulkaan staat en de wijde omgeving, de grote meren en de vele vulkanen ziet, merk je pas hoe nietig je bent. Dit enorme land huisvest een aantal bijzondere vissen, waarvan de grote Parachromis soorten een absoluut bijzondere groep vissen zijn, die exceptionele afmetingen kunnen bereiken. De zeer vriendelijke en openhartige bevolking is een welkome afwisseling na een veramerikaansde en vijandige bevolking van Costa Rica. Al met al een prachtig land dat voor de cichlidenliefhebber veel te bieden heeft.
Tekst & foto’s © S.R.J. Wassenaar