Ik heb twee aquariums van ieder 114 liter waarin mijn “Afrikanen” houdt en daar houd ik een heel aantal soorten van deze cichliden, waaronder twee paar van de Melanochromis johanni. De mannetjes houd ik gescheiden en de vrouwtjes zitten bij elkaar. Aangezien ik de paartjes heb laten opgroeien uit een zestal jongen die ik van een vriend had gekregen, vroeg ik me af wanneer ze jongen zouden krijgen. De mannetjes veranderden van kleur na ongeveer een jaar en werden te agressief om bij elkaar gehouden te worden. Vervolgens gebeurde er vijf maanden helemaal niets en ik begon al te denken dat de “vrouwtjes” toch nog van kleur zouden gaan veranderen en mannetjes zouden worden. Uiteindelijk besloot ik de mannetjes te laten switchen van aquarium en toen begon het.
Het nieuwe mannetje bespeurde de vrouwtjes en binnen een paar uur werd een afzetplaats gereed gemaakt door het zand weg te graven helemaal tot het glas van de bodem. Drie rotsen in een driehoek geplaatst gaven wat bescherming tegen indringers. Vissen die te dicht bij de “heilige paargronden” kwamen verloren een stukje vin en de vrouwtjes werden soms zachtaardig maar vaak ook wild achtervolgd. Deze spelletjes duurden tot de volgende avond.
Geen van de vissen had trek in eten maar ik kon een veranderde stemming bespeuren bij de vrouwtjes. Ze begonen met elkaar te vechten en de nummer 1 vrouw betrad af en toe het nest.
Het paren begon niet lang daarna. Mannetje en vrouwtje vlak naast elkaar, ze begonnen te trillen en terwijl ze hiermee bezig zijn draaien ze langzaam rondjes om elkaar heen. Meteen nadat er een eitje is gelegd, draait het vrouwtje zich om en stopt het snel in haar bek. Tot hun (en mijn) ergernis, zwemt er een mannelijke M. Auratus rond die van dichtbij het spektakel volgt. Hij pikte graag de eieren zelf op en verstoort zo het broedende paar. Hoewel, eenmaal begonnen laten ze zich niet meer stoppen. Uiteindelijk schikten ze zich in hun lot en paarden daar waar ze een rustig hoekje vinden tussen de open stenen en direct op het zand. Dit spel duurde bijna 2 uur en eindigde met het vrouwtje, eindelijk leeg maar met een bek vol eieren, rustig teruggetrokken in een hoekje. Voor het mannetjes was het nog niet over. Hij was druk bezig vrouwtje 2 het hof te maken en met meer succes dan met het eerste vrouwtje. Bijna direct na de eerste paring begon hij met de tweede. Het was een herhaling van dezelfde procedure. Er werd gepaard daar waar ze een ongestoord moment en plaats konden vinden.
Uiteindelijk had het trillen geen effect meer op dit vrouwtje en die trok zich dan ook terug. Beide vrouwtjes heb ik hierop verwijderd en ieder in een apart aquarium gestopt met schuilplaatsen in de vorm van een gebroken bloempot. Tijdens het uitbroeden wilden de vrouwtjes niet eten.
Het paren begon op 8 februari. Vrouwtje “één” spuugde de 24 jongen uit op 27 februari (na 19 dagen) en vrouwtje “twee” spuugde 11 jongen uit op 29 februari ( na 20 dagen). Dit was de eerste worp voor beide vrouwtjes.
De vrouwtjes gedroegen zich bij de volgende worpen hetzelfde. De moederinstincten ontbraken en de jongen kregen geen bescherming als er “gevaar”dreigde. Aan de andere kant waren de jongen ook niet erg snel in het zoeken van bescherming in de bek van de moeder nadat ze eenmaal waren uitgespuugd en van hun vrijheid hadden geproefd. Ze gaven er de voorkeur aan bescherming te zoeken onder de ruwe kant van de bloempot. Ik heb de vrouwtjes eruit gehaald en de jongen verzameld in 1 aquarium.
Eenmaal vrijgelaten, zwommen de jongen vrij rond en konden hun eigen eten vinden. Ik voerde ze met fijn gemalen droogvoer en na een paar dagen ook ontschaalde Artemia-naupliën, waar ze zelfs nog sneller van groeiden. Er zat me wel iets dwars; ze waren ontzettend verlegen en verstopten zich constant onder of achter het filter, zodat ik ze niet goed kon observeren. Een handdoek over de voorkant van het aquarium met een klein gat bij de bodem hielp uiteindelijk, net als het voeren aan de andere kant van het filter. Nu moesten ze helemaal naar de andere kant zwemmen om daar het voer te halen. Maar zodra ik de handdoek weghaalde schoten ze allemaal weer onder en achter het filter! Toevallig had ik ook een worp Melanochromis Auratus van 22 februari. Deze jongen waren helemaal niet verlegen; Ze kwamen al naar voren gezwommen als het voedertijd werd.
Mijn experiment gaf me gelijk. De twee soorten bij elkaar in 1 aquarium loste het probleem op. De vrijelijk rondzwemmende Auratussen trokken de nogal verlegen Johanni’s uit hun schuilplaats onder het filter. Voeren ging beter en ze begonnen sneller te groeien. Na 3 weken voeren met Sur Gro en Artemia kon ik al overstappen op volwassen ingevroren Artemia. Ik heb ze (71 vissen) 6 weken lang gehouden in een aquarium van 37 liter, elke avond het vuil afgeheveld en verversd met 9 liter water ’s ochtends en ’s avonds indien nodig. Ze zitten nu in een aquarium van 114 liter samen met wat andere “Afrikanen”. Hun dieet bestaat voornamelijk uit Sur Gro en een keer per week een traktatie van bevroren Artemia of Oceaan Plankton. Na negen weken is de gemiddelde grootte 3,5 cm en heb ik niet 1 vis verloren.
Gepubliceerd in: Monthly Bulletin, Hamilton and District Aquarium Society (Ontario, Canada)
Bron: aquarticles.com (niet meer beschikbaar)
Copyright foto’s
Unimati
Michael Negrini – Pisciculture d’Estalens
Vertaling
John de Lange