Valenciennea puellaris – Oranje Zandhapper
Valenciennea puellaris leeft bij het rif en is altijd in paartjes te vinden. Men zegt zelfs dat deze vis monogaam is.
Het is niet alleen een leuk visje maar ook een nuttige vis. Het zijn rustige diertjes die continue bezig zijn om het zand via hun bek en kieuwen te zuiveren. Dit zorgt ervoor dat de bodem er altijd netjes uitziet. In een aquarium wordt aangeraden heel fijn zand op de bodem te hebben, zodat ze hun bekjes niet beschadigen. Ook is het belangrijk dat ze voldoende ruimte hebben en dat er een goede laag zand op de bodem ligt om dit te kunnen doen.
De meeste andere soorten uit deze familie hebben de slechte eigenschap om het gezeefde zand over de aanwezige koralen uit te “spugen”. Iets waar zeker de laag geplaatste dieren last van kunnen hebben.
Het betekent niet dat deze zandhappers dat helemaal nooit doen maar wel veel minder. Wat ze wel doen is een bergje zand maken waarop ze gaan liggen. Op de plek die ze gekozen hebben als slaapplaats, wordt een nog hoger bergje gebouwd met in het midden een kuiltje waarin ze kunnen gaan liggen. Ook bij gevaar treken ze zich terug naar dit plekje. Het is een zeer amusant kijkspel wanneer ze zo’n plek bouwen. Ze nemen een grote hap zand en “spugen” dit telkens op eenzelfde plek weer uit, net zolang tot ze tevreden zijn met de berg. Daarna gaat er een in het midden liggen draaien tot dat er een kuiltje is ontstaan. Om het kuiltje nog mooier te maken, nemen ze weer wat zand in de bek en spugen dit dan rondom het kuiltje uit zodat er een soort “muurtje” omheen komt. Na deze noeste arbeid kruipen ze samen in het holletje om uit te rusten.
Dit kan wel eens betekenen dat de omliggende koralen en schelpen moeten worden herschikt. Maar het is de moeite waard want de bodem blijft wel prachtig helder.
Oranje zandhappers kunnen zo’n 18 cm lang worden maar in een aquarium is dat meestal max. 13 cm. en kunnen zowel als koppeltje als single gehouden worden. Het verschil tussen een mannetje en vrouwtje is dat bij het mannetje de eerste vinstraal verlengd is. Ook moeten de vissen genoeg schuilplaatsen hebben tussen de stenen. Deze vissen zijn niet agressief maar mannetjes van dezelfde soort vechten wel. Ze staan er om bekend dat het goede springers zijn, zorg dus voor een net of houd de vissen in een dichte bak.
Zandhappers eten dan wel al het vuil wat tussen het koraalzand zit, maar moeten uiteraard bijgevoerd worden. Dit zal in het begin best een uitdaging zijn. Een idee is om met een stokje wat voedsel vlakbij hun kuiltje onder het zand te plaatsen. Dit kan zowel fijngemaakte vlokken als diepvriesvoer zijn. Klein gemaakte garnaaltjes zijn helemaal een delicatessen voor ze. Ze ruiken het voedsel en gaan er naar op zoek. Na een tijdje begrijpen ze dat het stokje staat voor voedsel en gaan direct op zoek naar eten zodra het stokje in het water komt, zonder dat het eten verstopt hoeft te worden onder het zand. Als ze goed doorvoed zijn kunnen ze zeker enkele jaren leven. Ze staan bekend om hun sterke gestel en goede weerstand tegen ziektes, maar het blijft aangeraden om ze niet meteen in een bestaand aquarium te plaatsen maar ze eerst een paar weekjes in een separaat bakje te zetten voordat ze overgeplaatst kunnen worden bij de andere bewoners.
We gaan nog eens goed kijken of deze ook bij ons aquarium past. Mooi is ie in ieder geval wel.
Minimaal aantal liters:
> 250 liter
Agressief tegen soort genoten:
soms, meestal niet (liefst per koppeltje houden)
Agressie in het algemeen:
Nee
Voedsel:
Detritus, artemia, mysis, rode muggenlarven (als noodmiddel), cyclops
Kleuren:
Wit/oranje
Bijzonderheden:
Meestal aan de schuwe kant in het begin, als ze zijn gewend komen ze vaker naar voren.
Auteurs
R. van Haeften
Margie van der Heijden – Ons Natuurgenot Gouda
Copyright foto’s