Tanichthys albonubes – Chinese Danio
Ondanks dat het een klein visje is heeft de Tanichthys albonubes of Chinese Danio een heel palet aan kleuren op zijn lichaam. Over het algemeen is zijn rug donkerbruin met een vage groene glas eroverheen. Aan de zijkant wordt het bruin wat lichter en zijn buik is wit. Op het midden van zijn flank van zijn oog tot aan de staart loopt een witte-blauw/zwarte streep die eindigt in een zwarte vlek op zijn staartwortel. Ze hebben rode vinnen met een geel randje. Van deze soort bestaat ook een natuurlijke variant met iets verlengde vinnen.
Deze kleine fraai gekleurde soort is een echte scholenvis en moet dan ook gehouden worden met minimaal 6 soortgenoten. Ze houden zich doorgaans op in de middelste en bovenste waterlagen waarbij ze af en toe naar beneden zwemmen als ze iets eetbaars zien. Het zijn zeer actieve visjes die continu druk rondzwemmen. Het zijn echte omnivoren, alle soorten voer worden opgenomen, als het maar klein genoeg is. Het spreekt voor zich dat ze wel afwisselend voer moeten krijgen.
Van de Tanichthys albonubes bestaan twee varianten; de gewone en de Linni. De Linni heeft een witte vin basis die eindigt in rood en bij de gewone is dit net andersom. Ook is de Linni roder.
Biotoop
De Chinese Danio is afkomstig uit China en komt voor in de beekjes en meertjes rondde Witte Wolken Berg. Deze beken en meertjes kennen grote temperatuur schommelingen. Ze zijn hier dan ook goed tegen bestand en kunnen schommelingen verdragen van 5 graden Celsius tot 30 graden Celsius. Ze kunnen in de periode van mei tot en met oktober in de vijver gehouden worden. Na deze periode kan het te koud worden en moeten ze naar binnen worden gehaald. Je kunt ze dan houden in een onverwarmd aquarium.
Door vervuiling van de wateren in het Witte Wolken gebergte is de Tanichthys albonubes daar in het wild uitgestorven. Rond 2011 is er op een andere locatie wel een nieuwe populatie gevonden die echter veel warmer water nodig heeft dan de oorspronkelijke populatie. Deze warmte minnende variant is hier in de handel (nog) niet verkrijgbaar.
Natuurlijke habitat Chinese Danio bezoeken en een visum China aanvragen
Om deze vissen in hun natuurlijke habitat te bewonderen, dien je voor China een visum aan te vragen. Het visum China is verplicht voor alle reizigers met de Nederlandse nationaliteit die naar China willen reizen. Het visum heeft vier verschillende varianten, die verschillen in geldigheidsduur en hoe vaak je met het visum China in mag reizen. Alle varianten kosten € 247,50 per persoon. Wil je de familie van de Chinese Danio, de Vietnamese Danio in het wild bewonderen? Dan zul je een visum Vietnam aan moeten vragen. Dit visum is vanaf de datum van toekenning 30 dagen geldig en ook mag je daarmee 30 dagen in Vietnam verblijven.
Het Aquarium
Ook in het tropisch aquarium kunnen Chinese Danio’s worden gehouden.Ze houden wel van wat stroming en zijn dan ook vaak te vinden op de plekken waar de stroming het grootst is. Vaak zal in een gezelschapsbak de school uit elkaar vallen bij gebrek aan noodzaak om een school te vormen. Een wat grotere soort aan het aquarium toevoegen zorgt ervoor dat ze weer dicht bij elkaar gaan zwemmen. Let op dat deze grotere soort geen viseter is, anders hou je geen visjes over voor de school. Het zijn zeer goede zwemmers en hebben dan ook een aquarium nodig met flink wat zwemruimte. Aan de randen moet wel (veel) fijnbladige planten staan waar ze kunnen schuilen.
Vijver
Deze soort is ook erg geschikt om ze buiten in een vijver of speciekuip te houden. Vang de vissen echter wel weer uit als het te koud word. Richt de bak dan in met voldoende planten en ook wat drijfplanten waaronder ze zich kunnen verschuilen. Door ze buiten te houden zullen de vissen beter groeien en mooi op kleur komen. Ook is er een grote kans op erg veel nakweek.
Kweek van de Tanichthys albonubes – Chinese Danio
De kweek van de Chinese Danio is redelijk eenvoudig. Bij een constante temperatuur van 20 tot 22 graden zetten zet het vrouwtje doorgaans elke dag een paar eieren af tussen de bladeren (bij gebrek aan een seizoen). De ouders eten vrijwel nooit de eigen jongen dus is het vrij gemakkelijk jongen op te kweken met de ouders erbij. De eieren komen na 36 tot 72 uur uit, afhankelijk van de temperatuur van het water. Ze zijn dan ongeveer 4 millimeter groot en de larfjes teren dan nog een dag op hun dooierzak. Na die dag zullen ze vrij zwemmen en kunnen ze gevoerd worden met infusoria en heel fijn stofvoer. Als je ze goed voert zullen ze redelijk snel groeien.
Het is ook mogelijk een nest van 200 tot 300 jongen in één keer te krijgen. Houdt hiervoor man en vrouw drie weken gescheiden. Voer ze in deze periode goed en afwisselend. Zet het koppel bij elkaar en ze zullen het afzetten hervatten. Het vrouwtje zit na 3 weken vol eieren waardoor je nu in 1 a 2 dagen tijd een groot nest zal krijgen. Bij deze methode moeten de ouders wél worden verwijderd. De overdaad aan jongen zorgt ervoor dat ze zich nog wel eens willen vergrijpen aan de jongen.
De jonge Chinese Danio’s zwemmen voornamelijk aan de oppervlakte en halen hier hun voer. Het water moet dan ook vaak ververst worden om de kwaliteit op pijl te houden.
Video
Auteur
John de Lange – Bart Hoogland
Copyright foto’s
Bart Hoogland
J. de Lange
