Tanganicodus irsacae
De Tanganicodus irsacae werd voor het eerst beschreven in 1950 door Poll. Ze behoren samen met bijvoorbeeld de spathodes en eretmodus tot de groep Tanganyika gobbies.
Beschrijving
Deze gobie is lichter van kleur dan de andere gobies. Ze zijn daarnaast goed herkenbaar door hun spitse bek. Hun lichaam heeft een licht grijs/bruine grondkleur. Langs hun flank hebben ze dunne geel/witte strepen afgewisseld met dikkere, soms wat vage grijze strepen. De bovenkant van hun flank wordt versierd met licht blauwe stippen. Er loopt een blauwe lijn over de onderkaak die net onder het oog vervaagt. Deze blauwe lijn zie je ook terug in de rugvin.
De Tanganicodus irsacae is niet echt een zwemmer. Ze hoppen meer door het aquarium. Hun zwemblaas is niet voledig ondwikkeld omdat er in de brandingszone, waar ze in de natuur in leven, alleen maar last van zouden hebben. Zouden ze ‘zweven’ in het water dan zouden ze al snel door de golven en stroming tegen de rotsen worden geslagen.
Hun buikvinnen zitten lager dan Bij andere cichliden en zijn zwaar en scherp uitgerust. Ze gebruiken deze vinnen bijna als een voet door ze recht naar beneden te richten en ze vast te zetten in een rots of het grind om te voorkomen dat ze weggespoeld worden door de golven.
Doorgaans wordt de Tanganicodus irsacae als koppel gehouden. Ze kunnen zeer agressief reageren op soortgenoten.
Biotoop
De Tanganicodus irsacae kan in het gehele Tanganyika meer worden gevonden, uitgezonder het zuidelijke deel. Ze bewonen het bovenste gedeelte van de waterkolom. Ze komen zelden in dieper water dan 1 meter. Ze bewonen daar de brandingszones aan de rotsachtige kusten. Door de wind veroorzaakte golven zorden daar voor zeer zuurstofrijk water.
In de brandingszone schrapen ze met hun tanden door de algenstrengen. Hiermee krijgen ze voornamelijk algen binnen maar ook de diertjes en micro organismen die er tussen leven.
Dieet
Zoals aan zijn onderstandige bek en tanden al is te zien, is de Tanganicodus irsacae een voedselspecialist. Ze kammen de algenstrengen uit en kunnen dus het best gevoerd worden met spirulinavlokken als hoofdvoer. Geef ze daarnaast enkele keren per week ook een beetje diepvries of levend voer als artemia of cyclops om hun dieet aan te vullen met de elementen die ze in het wild ook binnenkrijgen.
Het Aquarium
Het water moet voor deze branding bewonende cichlide overvloedig verzadigd zijn met zuurstof. Zorg dus voor voldoende stroming in het water, waarbij het wateroppervlak flink in beweging wordt gebracht.
Richt het aquarium in met meer dan voldoende rotsen met tussen de rotsen schuilmogelijkheden. De rotsen het liefst opstapelen tot aan het wateroppervlak. Laat de rotsen goed begroeien met algen zodat de Tanganicodus irsacae de algenstrengen met zijn tandjes kan uitkammen. Houdt hierom dan ook geen algenschrapende meervallen als de Hypostomus plecostomus of Ancistrus soorten omdat deze vissen de hele algenlaag wegschrapen.
De bodoem moet bestaan uit zand. Je kunt hiervoor eventueel zand voor een zee aquarium gebruiken. Dit bevat veel kalk en andere zouten, wat helpt om de pH hoog te houden.
Om het zuurstof niveau hoog te houden kun je eventueel extra zuurstof toevoegen door met een luchtpompje en bruissteentje extra lucht in het aquarium te blazen.
Het water moet verder erg schoon zijn. Zorg voor een krachtig potfilter en maak deze ook regelmatig schoon. De Tanganicodus irsacae is erg gevoelig voor vervuiling in het water. Tanganyika cichliden kunnen van nature al slecht tegen veranderende watersamenstellingen. Door de omvang van het meer zijn de waterwaardes zeer stabiel, waardoor het lichaam van de Tanganyika cichliden zich nooit snel hebben hoeven aanpassen. Ververs het water met 10% tot hooguit 15% per keer en doe dit minimaal één keer per week maar liever nog vaker. Een en ander natuurlijk ook afhankelijk van de bezetting van het aquarium en de hoeveelheid vervuiling die zij veroorzaken en de overige waterwaardes.
Kweek Aquarium en Conditioneren
Om een kweekkoppel te verkrijgen kun je het beste beginnen met een zestal jonge dieren. Hieruit kan zich dan een hecht koppel vormen. Zomaar een man en vrouw bij elkaar zetten resulteert vaak in een vrouw die door de man genadeloos wordt achtervolgt totdat ze sterft van uitputting. Nadat het koppel is gevormd kun je de andere vissen het best verwijderen.
Het Afzetten
In tegenstelling tot veel andere cichliden neemt bij de Tanganicodus irsacae de vrouw het initiatief om te paren. Ze kiest een plat stuk rots uit wat ze helemaal schoon poetst. Als de rots naar tevredenheid schoon gepoetst is, probeert ze de aandacht van de man te trekken door haar vinnen uit te spreiden en haar flank te tonen. Nadat zijn aandacht is getrokken tonen ze elkaar hun vinnen.
Het afzetten gebeurd al om elkaar heen rondjes draaiend. De vrouw legt 1 of 2 eieren en draait zich snel om en neemt de eieren in haar bek. De man zwemt dan over haar heen en de vrouw stoot tegen de geslachtsopening van de man die zijn sperma vrijlaat en zo de eieren in de bek van de vrouw bevrucht. Het ronddraaien, eieren leggen en bevruchten gaat door tot alle 10 tot 30 eieren zijn gelegd.
Opgroeien van de jongen
De vrouw broedt de oranje/gele eieren uit gedurende een dag of 15. Het koppel gaat dan doorgaans terug naar de plek waar de paring heeft plaatsgevonden. Hier worden de jongen overgedragen aan de man die ze nog eens 9 tot 16 dagen in zijn bek groot brengt.
De man laat de jongen na deze periode verspreid door het aquarium los. Zorg dus voor stapeltjes kleine stenen waar de jongen zich tussen kunnen verschuilen als je er een paar van wilt overhouden. De jongen vinden doorgaans tussen de stenen wel klein voer maar je kunt ze bijvoeren met vers uitgekomen artemia en fijngewreven spirulinavlokken.
De jonge vissen verdubbelen hun lengte in de eerste 6 weken. Na 4 tot 5 maanden zijn ze een centimeter of 2,5 a 3. Na 10 tot 14 maanden zijn ze geslachtsrijp.
Conclusie
Deze leuke cichlide toont een leuk broed gedrag. Niet alleen de vrouw maar ook de man broedt de jongen uit. Zorg wel voor voldoende ruimte en een goed ingericht aquarium om ongelukken te voorkomen.
Auteur
John de Lange
Copyright foto’s
Suephoto.com (niet meer beschikbaar)
Mattia Matarrese