Stichodactyla haddoni – Tapijtanemoon
Stichodactyla haddoni is in 1893 beschreven door W. Saville-Kent. In het Nederlands worden ze ook wel Tapijtanemoon of Groene Tapijtanemoon genoemd.
Ze maken onderdeel uit van de kleine familie Stichodactylidae. Deze familie kent slechts twee geslachten en negen soorten. Vijf soorten behoren tot het geslacht Stichodactyla. Deze anemonen leven veelal in symbiose met een aantal vissoorten en ongewervelden.
Synoniemen: Stoichactis haddoni, Discosoma haddoni.
Beschrijving
De mondschijf van Stichodactyla haddoni is sterk golvend en kan een maximale diameter bereiken van zo’n 80 centimeter maar doorgaans worden ze zo’n 50 centimeter. Bijna de gehele schijf is bedekt met korte tentakels die maximaal drie centimeter lang worden. Alleen rond het midden is 1 tot 2 centimeter vrij voor de mond.
De tentakels hebben een afgeronde top, zijn zeer kleverig en hebben een sterk netelgif.
Symbiose
Stichodactyla haddoni leeft in symbiose met verschillende vissoorten. Zes daarvan zijn anemoonvissen:
- Amphiprion akindynos
- Amphiprion chrysogaster
- Amphiprion chrysopterus
- Amphiprion clarkii
- Amphiprion polymnus
- Amphiprion sebae
Ook jonge Dascyllus trimaculatus kun je vaak vinden in de Tapijtanemoon. Zodra ze groter worden verlaten ze de anemoon.
Ook een aantal ongewervelden zijn terug te vinden op de anemoon. Dit betreft echter geen symbiotische relatie maar een commensale relatie, de anemoon profiteert niet van de gast. Het gaat hierbij onder meer om de Neopetrolisthes maculatus,Thor amboinensis en de garnalen uit het geslacht Periclimenes.
Auteur
John de Lange
Copyright foto’s
Bronnen