Serrasalmus altuvei
Serrasalmus altuvei is in 1965 officieel beschreven door Ramírez. Als gewone namen worden ze ook wel Altuvei of Caribe Azul (= Blauwe Piranha) genoemd. Ze kunnen een totale lengte bereiken van zo’n 20 centimeter.
De Serrasalmus altuvei Piranha lijkt zeer veel op Serrasalmus compressus, maar kan van deze soort onderscheiden worden door het patroon, dat niet of nauwelijks onder de zijlijn komt (bij S. compressus is het patroon zichtbaar over de gehele flank).
Afwijkende/unieke Uiterlijkheden:
• Rode ogen.
• Vlekkenpatroon op de flanken vrijwel uitsluitend boven de zijlijn.
• Concave vorm van de kop.
Biotoop
Deze soort komt uitsluitend voor in Helder Water-biotopen (Klarwasser/Clear water) in de wetlands van de Llanos, Venezuela. De Altuvei Piranha wordt slechts zelden geïmporteerd, en schijnt ook in het wild relatief zeldzaam te zijn.
Het Aquarium
Minstens een aquarium van 120x50x50 centimeter voor volwassen exemplaren. Jonge vissen kunnen tijdelijk in een kleiner aquarium worden gehouden, met als minimum maat 80x35x40cm.
Het aquarium dient te worden ingericht met voldoende schuilplaatsen, te verkrijgen door het gebruik van (kien)hout, stenen en/of planten. Dit om aan de vaak wat schichtige aard van deze vis tegemoet te komen. Daarnaast dient er voldoende open zwemruimte voorhanden te zijn, aangezien deze soort een snelle zwemmer is. Eventueel kan een stromingspomp worden gebruikt voor extra stroming in het water.
Temperatuur: 24 – 30°C
pH: 5.5 – 7.5
Compatibele soorten
Geen: door zijn gewoonte om op vinnen en schubben van andere vissen te parasiteren is het niet mogelijk deze soort met andere piranha’s of andere vissoorten te houden. In enkele gevallen is men erin geslaagd Harnasmeervallen (Pleco’s) of Doornmeervallen bij deze soort te houden, maar een groot aantal schuilplaatsen (en een flinke dosis geluk) zijn daarvoor onontbeerlijk.
Dieet
Vis (filet, bevroren hele vis zoals spiering, levende vis *), garnalen, mosselen, insekten, regenwormen, bloedwormen, meelwormen, muggenlarven, tubifex, vlokken, tabletvoer.
* Indien levende vis gevoerd wordt, dient men een aantal zaken in acht te nemen: ten eerste kunnen alle vissen ziekten en/of parasieten in het aquarium introduceren, zowel goudvissen, windes en andere veelgebruikte koudwatervissen alsook tropische vissen. Het is daarom ook aan te raden voedervissen eerst een week of 2 in een quarantaine-aquarium te houden, om zo de zieke en verzwakte exemplaren eruit te ‘vissen’. Daarnaast dient men er ernstig rekening te houden dat goudvissen en naaste verwanten niet bepaald voedzaam zijn. Een dieet dat veelal bestaat uit levende vis is dan ook niet aan te raden. Te meer omdat goudvissen en andere Cyprinidae (karper-achtigen) hormonen – zgn. “Thiaminase / Vitamine B1 inhibitors” – bevatten die de aanmaak van bepaalde groei-stimulerende stoffen bij roofvissen lamlegt. Een zeer eenzijdig goudvis dieet kan dan ook leiden tot groei- en ontwikkelingsstoornissen!
Het kan een tijd duren voordat de vissen geprepareerd voer accepteren: is dit het geval, zorg er dan voor dat de vis goed gevoed is met levend voer, om vervolgens een vasten-periode van een week tot 12 dagen in te lasten. Geef tijdens deze periode het gewenste geprepareerde voer terwijl de verlichting gedimd of uitgechakeld is. Mocht het een eerste keer niet lukken, voer dan bij met levend voer, en probeer het opnieuw. Piranha’s kunnen probleemloos een aantal weken zonder voer, dus gevaar loopt de vis tijdens deze “kuur” niet (uitgezonderd exemplaren kleiner dan een centimeter of 8!).
Video
Auteur
Jonas Hansel – Piranha-info.com (originele website niet meer online)
Foto’s
Afkomstig uit de eerste video