Pseudotropheus crabro
Pseudotropheus crabro is in 1982 beschreven door Ribbink en Lewis. De naam Pseudotropheus is op te breken in twee delen. Pseudo betekend “vals”, “nagemaakt”, “lijkend op” en Tropheus is een andere cichliden soort. Ze lijken dus op Tropheus. Het woord Tropheus is overigens een verwijzing van Boulenger naar het broedgedrag waarbij de vrouw op de eieren broed, Tropheus is afkomstig van het Griekse Trophos wat “voeden” of “koesteren” betekend. De soortnaam crabro betekend “Wesp” en verwijzing naar het zwart/gele kleurpatroon van de Pseudotropheus crabro.
Synoniemen: Pseudotropheus chameleo, Melanochromis crabro, Maylandia crabro
Beschrijving
Pseudotropheus crabro wordt in het wild ongeveer 10-12 centimeter. In het aquarium kunnen ze echter een lengte van 20 centimeter bereiken. Dit is wel het formaat van de mannen. De vrouwen worden ongeveer 17 centimeter. Ze zijn oorspronkelijk geel van kleur met bruine strepen. Bijzonder aan deze vis is dat ze snel van kleur kunnen veranderen. Ze worden dan donkerbruin.
Herkomst
Komt bijna in heel het Malawimeer voor.
Het Aquarium
Omdat de Pseudotropheus crabro zo groot worden is een flink aquarium nodig van minimaal 1.50 meter. Het aquarium moet worden ingericht met stenen zodat holen ontstaan en de bodem kan het beste uit zand bestaan. Daarnaast worden de planten met rust gelaten. Het wordt aangeraden het water regelmatig te verversen.
Je kunt ze het beste houden in een harem dus met één man samen met meerdere vrouwen.
Water
Temperatuur: 24-26 graden.
PH: 8
GH: 12-16
Voeding
Deze vissen zijn grote eters. Ze eten graag levend voer en diepvriesvoer. Voorbeelden hiervan zijn witte muggenlarven, watervlooien, krill, cyclops, garnalen en mosselen. Naast levend voer wordt ook droogvoer goed geaccepteerd. Dit zijn bijvoorbeeld cichlidensticks en spirulina. Een vette regenworm gaat er ook wel in!
In het wild zijn ze “poetsvissen” voor de meerval Bagrus meridionalis. Deze meerval komt in vrijwel het gehele meer voor. Overdag rusten ze in vrijwel alle beschikbare holen die groot genoeg zijn om deze meerval te huisvesten. Tijdens hun slaap laten ze zich vrijwel niet storen, zelfs duikers kunnen de meerval veelal aanraken zonder dat ze er vandoor gaan. In het meer komt een een visluis veelvuldig voor: Argulus africanus. Deze visluis zet zich onder andere af op de huid van de Bagrus meridionalis. In de loop van de tijd is een symbiose ontstaan waarbij de Pseudotropheus crabro de visluis verwijderd van de Bagrus meridionalis.
De fel geel/bruin gestreepte kleur helpt om herkenbaar te zijn voor de Bagrus meridionalis. De crabro wordt eigenlijk geheel genegeerd door de meerval. De symbiose kent overigens nog een wat donkerder randje. Als de meerval eieren afzet, kan de Pseudotropheus crabro zijn kleur veranderen naar helemaal donker. Niet herkenbaar voor de meerval steelt en eet de crabro de eieren van de meerval. De kleurverandering zorgt ervoor dat de symbiose verder in tact blijft zodat hij later weer van de visluizen kan blijven eten.
Karakter
De Crabro is een rustige cichlide die nauwelijks territoriaal is. Ze jagen wel andere vissen uit hun territorium maar niet op een al te agressieve manier.
Kweek van de Pseudotropheus crabro
De kweek van de Pseudotropheus crabro is vrij makkelijk. De paring vindt plaats uit het zicht van de eigenaar en andere cichliden achter de stenen. De kleur van de man veranderd net als tijdens het stelen van eieren naar geheel donker. Er worden 20 tot 60 eitjes afgezet en deze worden bevrucht. Daarna neemt het vrouwtje deze in de bek. Na ongeveer drie weken laat de moeder de jongen uit haar bek en kunnen deze worden opgekweekt met bijvoorbeeld artemia-naupliën, opfokvoer of fijngewreven droogvoer.
Video
Auteur
Kevin – Coby
Copyright foto’s