Neolamprologus obscurus

De Neolamprologus obscurus wordt in Nederland niet veel gehouden, wellicht dat zijn uiterlijk daar wat mee te maken heeft. Zijn gedrag maakt echter veel goed!

()

Neolamprologus obscurus

De Neolamprologus obscurus is een redelijk zeldzame vis in de hobby en wordt dus weinig in Nederland gehouden. Misschien is het uiterlijk wel een van de redenen, terwijl het karakter interessant is. Ze hebben een eentonige rood/bruine kleur met daarop donker bruine strepen. De vinranden schijnen iets blauw op en hebben ook witte stippen. Mannetjes worden doorgaans ook veel groter dan het vrouwtje.

Herkomst

Bij de zuidelijke oevers van het meer word de Neolamprologus obscurus aangetroffen. Op een diepte van 5 tot 35 meter. Ze komen met name voor in het overgangsgebied. Het overgangsgebied is een zone met veel kleine rotsen die de grond bedekken. Deze rotsen variëren tussen 5 en de 80 centimeter.

Het Aquarium

Het aquarium moet natuurlijk stenen bevatten zoals bijna in elke aquarium voor Tanganyika Cichliden. Maar naast stenen is zand ook zeer belangrijk. Omdat de Neolamprologus obscurus een goede graver is dient u een dikke laag van minstens 5 centimeter in u aquarium te doen. Ze zitten veelal tussen de stenen maar als het iets rustiger is voor de bak komt het mannetje of het vrouwtje wel tussen de stenen vandaan. Onder het zand en dus ook onder de stenen kunt u het beste een tempex plaatje neerleggen omdat ze dus veel graven, hierdoor willen de stenen weleens gaan rollen. Wij zitten immers niet te wachten op een aquarium zonder bodemplaat.

Water

Het water moet natuurlijk hard zijn. Een pH van 8,5 is wel het beste, ook voor de kweek. De GH moet tussen de 9 en de 11 zitten en de KH tussen de 12 en de 17. Een vereiste is een temperatuur van minimaal 24 graden, en maximaal 26. Ik heb mijn aquarium water op een temperatuur van 24 graden en hier kweken ze goed op.

Voeding

Het zijn echte alleseters. Zelf voer ik ze droogvoer, maar ook diepvriesvoer en levend voer wordt graag gegeten. Een paar voorbeelden van levend voer zijn:

  • Pissebedden
  • Artemia
  • Cyclops
  • Watervlooien

Ze zeggen dat de Neolamprologus obscurus beter kweekt als ze levendvoer krijgen, maar dat heb ik nog nooit gemerkt.

Karakter

Ze kunnen heel agressief zijn, zeker als het gaat om het verdedigen van hun nest. Het kunnen tevens grote bullebakken zijn en ze laten zich niet zomaar in een hoekje drijven. Vissen die wel een stootje terug geven zijn dan ook vereist. Denk dan bijvoorbeeld aan de:

Kweek van de Neolamprologus obscurus

Ik had het geluk dat ik een kweekkoppel had, maar de kweek is makkelijker dan u denkt. Wekelijks water verversen is natuurlijk wel een van de belangrijke dingen. Verder moet u elke dag veel voeren. Bij mij zondert het vrouwtje zich af als ze eieren heeft. Dan weet ik bijna zeker dat ze weer eitjes heeft. De eerst paar dagen eet het vrouwtje nauwelijks tot niet en het mannetje word vaak verjaagd met een klein tikje. Alleen bij de bevruchting mag het mannetje erbij zijn.

  • Na ongeveer 1 week at het vrouwtje weer, maar ze bleef nog dichtbij haar steen.
  • Na 2 weken kwam het vrouwtje ook iets boven de steen.
  • Na de 3e week verdedigde ze de steen fel en kwam ze er al iets verder vandaan. Toen kon ik speldenkopje heen en weer zien zwemmen.
  • Na ongeveer 4 weken zag ik het vrouwtje weer bij het mannetje zwemmen en andersom.
    Het mannetje verdedigde de jongen nu ook (nog) feller. Hij dreigde zelfs naar mij als ik te dichtbij kwam.
  • Na 7 weken hadden de jongen al streepjes, ze groeien niet hard en het zijn er ca. 20. Ze krijgen ongeveer 25 eitjes. De jongen eten ook mee.
  • Na 9 weken zijn de jongen alweer iets groter. Ze zwemmen nu ook voor de stenen rond. Ze worden nog steeds fel verdedigd, maar het zijn er nu ca. 15. Ze zijn tevens 1 tot 1,5 centimeter groot.
  • Na 13 weken eten de jongen volledig mee, worden nog wel verdedigd maar iets minder. Het groeien gaat echt niet snel. Ze zijn 2 centimeter groot. Er zijn nog steeds ca. 15 jongen.
  • Na 16 weken zijn de jongen al 2,5 centimeter groot. Ze zijn meer wit van kleur dan rood/bruin. De strepen zijn al wel mooi donker. De jongen worden steeds minder verdedigd, maar nog steeds kan er geen vis in de buurt komen want er is een nieuw nest.

Het is ook handig om een aantal stenen in een ander gedeelte van de bak te hebben liggen. Helaas houden de ouders niet heel veel van de jongen over en de jongen groeien ook niet heel hard. Het beste kunt u de jongen 2 of 3 keer per dag voeren, dit steunt de groei. Van de 25 eieren die het vrouwtje legt bleef de eerste keer maar 1 jong over. De tweede keer al ca. 15 en dit de derde en de vierde keer ook.

Video

Auteur

Jarik Oosting

Copyright foto’s

Suephoto.com (niet meer beschikbaar
AfricanDivingLtd.com
Jarik Oosting

Hoe nuttig was dit bericht?

Klik op een ster om deze te beoordelen!

Gemiddelde waardering / 5. Stemtelling:

Tot nu toe geen stemmen! Wees de eerste die dit bericht waardeert.

Het spijt ons dat dit bericht niet nuttig voor je was!

Laten we dit bericht verbeteren!

Vertel ons hoe we dit bericht kunnen verbeteren?

Extra informatie

Familie

Geslacht

Soortnaam

obscurus

Synoniemen

Lamprologus obscurus

Karakter

Sociaal Gedrag

Broedgedrag

Dieet

Zone

Herkomst

Landen

, ,

Ecosysteem

Lengte Minimaal

6

Lengte Maximaal

8

Temperatuur minimaal

24

Temperatuur maximaal

26

pH minimum

8.5

pH maximum

9.0

GH minimum

7

GH maximum

11