Melanotaenia gracilis – Slanke Regenboogvis
Melanotaenia gracilis werd voor het eerst ontdekt in 1975 door Barry Hutchins van het Western Australian Museum. Ze hebben een iets slanker lichaam dan de meeste andere Regenboogvissen en het lichaam is zijdelings samengedrukt. De onderste helft van het lichaam vertoond een gloed helder iriserende lavendel. De vinnen zijn doorzichtig of licht roze met een heldere rode rand op de rug-en anaal vinnen, en rode punten op de uiteinden van de staartvin. Ze zijn nauw verwant aan Melanotaenia nigrans, blijkbaar hebben zich ontwikkeld uit een gemeenschappelijke voorouder. De mid-laterale streep van Melanotaenia gracilis is niet zo duidelijk als die van Melanotaenia nigrans. Oudere mannetjes zijn meestal veel groter en hoger dan vrouwen. Mannen kunnen een maximale lengte bereiken van 10 centimeter, maar blijven meestal kleiner dan 8 centimeter.
Verspreiding en Leefomgeving
De totale verspreiding verdeling van Melanotaenia gracilis is zeer beperkt, er is alleen bekend dat ze voorkomen in de Koning Edward en Drysdale River systemen. De meeste vangsten hebben plaatsgevonden in de Drysdale River. Ze zijn verzameld uit de Carson en Morgan Rivieren (zijrivieren van de King Edward River), ongeveer 140 km ten westen ten noordwesten van Wyndham in de Kimberley regio in het noorden van West-Australië. Ze zijn alleen verzameld op twee locaties in de zijrivier de Carson en op een enkele locatie op de zijrivier de Morgan. Op deze plek kwamen ze echter zeer overvloedig voor, met 256 gevangen exemplaren. Ze werden over het algemeen gevonden samengeschoold rond onderwater vegetatie, omgevallen boomstammen, takken enz., in helder, traag stromende zijrivier beekjes.
De Carson River (155 km) is een belangrijke zijrivier van de King Edward River. De volgende kreken en rivieren stromen naar de Carson River: Morgan River, Laurie Creek, Swider Creek en Pronga-Marie Creek. De Morgan River (103 km) fuseert met de Carson River. De Morgan rivier stroomt door Wollangooyoo Pool op weg naar de samenvoeging met de Carson River. De volgende kreken monden uit in de Morgan Rivier: Palmoondoora Creek, Loonjool Creek, Gnamoongie Creek, Pangoor Creek en Changoola Creek.
Opmerkingen
De eerste levende exemplaren die succesvol hun weg vonden naar de aquarium hobby werden in 1986 gevangen door Ray Leggett en Graham Heidke. Sindsdien zijn er talloze vangsten geweest en hebben ze zich redelijk goed gevestigd.
Adrian R. Tappin – Home of the Rainbowfish
Vertaling
John de Lange
Copyright foto’s
Gunther Schmida
Bruce Hansen
Gunther Schmida
Literatuur
Allen, G. R. (1978). The rainbowfishes of northwestern Australia (family Melanotaeniidae). Tropical Fish Hobbyist 26 (10): 91-102.
Allen, G.R. 1989 Freshwater fishes of Australia. T.F.H. Publications, Inc., Neptune City, New Jersey.
David Morgan, Dolores Cheinmora Agnes Charles, Pansy Nulgit and Kimberley Language Resource Centre (2006). Fishes of the King Edward and Carson Rivers with their Belaa and Ngarinyin names. Land and Water Australia Project No. UMU22.