Melanotaenia exquisita – Exquisite Rainbowfish
Allen, 1978
Melanotaenia exquisita heeft een slank en gecomprimeerd lichaam. Ze hebben twee rugvinnen, heel dicht bij elkaar, de eerste veel kleiner dan de tweede. Oudere mannetjes hebben een hogere eerste rugvin, die de aanzet van de tweede rugvin overlapt wanneer neergeklapt. Vrouwen hebben kleinere afgeronde rug- en anaal vinnen. Ze kunnen een maximale grootte van 9 centimeter bereiken, maar blijven meestal minder dan 8 centimeter lang. Volwassenen zijn olijf kleurig op de rug en zilverachtig wit op de onderste helft. Er loopt een paar prominente strepen langs het midden van de flank met een rode streep er net onder. Een paar donkere zigzag strepen is gelegen tussen de rode streep en de basis van de aarsvin. De rug-, anaal, en staartvinnen zijn afgezet met rood, vaak met kleine zwarte vlekken. Mannen zijn relatief slank vergeleken met de meeste andere Regenboogvissen.
Verspreiding en Leefomgeving
Melanotaenia exquisita werd oorspronkelijk gevangen in 1977 door Gerald Allen en Geoff Evans uit rivier de Edith ongeveer 1 km stroomopwaarts van het Malkyullumbo Meer, Northern Territory. Op dat moment werd verondersteld dat de Melanotaenia exquisita alleen voorkwam in de Northern Territory. Echter, in 1986 werden meer van deze prachtige vissen ontdekt in de King George Rivier in de Kimberley regio van West-Australië. Later in 1997, werd een andere populatie ontdekt in Bindoola Creek, een kleine beek die uitmondt in de rivier de Pinksteren in de Cambridge Golf in het uiterste noord-oosten van West-Australië. Sindsdien zijn nog een aantal populaties gevonden.
N.B. Voorlopige genetische studies van de Melanotaenia exquisita uit Bindoola Creek hebben een aantal duidelijke verschillen aangetoond ten opzichte van andere bekende populaties.
De Melanotaenia exquisita bewoont meestal kleine, heldere, snel stromende beekjes, die vaak bijeenkomen in rotsachtige poelen aan de voet van kleine watervallen, zoals Jim Jim Falls in het zuiden van het Alligator systeem en Seventeen Mile Falls in het Katherine systeem (plus de King George watervallen in West – Australië). Ze komen ook voor in de stilstaande wateren van het Malkyullumbo Meer aan de basis van Edith.
Opmerkingen
Een andere regenboogvissoort die in de hobby bekend staat als “Waterfall Creek Exquisita” komt van boven de Gunlom Falls (ook bekend als UDP Falls of Waterval Creek Falls), een zijrivier van de South Alligator Rivier in het Kakadu National Park. Toestemming om monsters te verzamelen van deze plek voor welk doel dan ook, is bijna onmogelijk om te krijgen. Er zijn echter een aantal populaties in gevangenschap. Men is van mening dat deze vis een nieuwe soort kan zijn en geen varieteit van de Melanotaenia exquisita is. Ze verschillen van de Melanotaenia exquisita doordat ze een dieper lichaam en totaal andere kleur hebben. De mannetjes vertonen een houtskool zwart, schaakbord-patroon over het lichaam met roze randen op de rug en anaal vinnen. Bij het paaien is de nekband fel oranje. Wij zullen echter moeten wachten tot iemand in de wetenschappelijke arena een goede blik op de vis heeft geworpen voordat we echt weten welke soort het is. Tot dan is het een goed idee om de verschillende rassen niet bij elkaar te houden in hetzelfde aquarium aangezien hybridisatie zou kunnen optreden.
Gunlom (Waterfall Creek Falls) is een waterval op Waterfall Creek in het Northern Territory en ligt ongeveer 200 kilometer ten oost-zuidoosten van Darwin. Gunlom (Waterfall Creek Falls) ligt op een hoogte van ongeveer 168 meter. Gunlom (Waterfall Creek Falls) wordt geschat op een hoogte tussen de 60 meter en 85 meter. Deze schatting is gebaseerd op een analyse van het topografische profiel rondom de waterval en dit cijfer zou niet accuraat kunnen zijn voor het totale verval van het water als je de watervallen bekijkt. Waterfall Creek mondt uit in de South Alligator River.
Bron: Home of the Rainbowfish
Uiterlijk
Lengte 7 cm. Het is een zilvergrijze slanke regenboogvis met aan de uiteinden van de vinnen een oranjerode kleur. Volwassen vissen hebben een olijfkleurige rug en zilverwitte buik. Er lopen ook vage horizontale strepen van de kop tot aan de staart, met daartussen een roodkleurige streep. Ze hebben ook kleine zwarte stipjes op hun staartvin.
Inrichting
Voor deze vissen is een aquarium nodig van 80 centimeter. De bak dicht beplanten en inrichten met stenen en kienhout. Met een donkere bodem komen de kleuren van de vissen beter tot hun recht. De bak mag op een zonnige plaats staan, zorg voor voldoende zwemruimte. Regelmatig water verversen want deze soort is nogal gevoelig voor nitraat.
Water
Temperatuur: 24-29 graden.
PH: 7,5-8
GH: 16-20
Voeding
Als voedsel kan het beste levend voer of diepvriesvoer gegeven worden, zoals muggelarven, watervlooien of krill, ook droogvoer accepteren ze wel.
Karakter
Het is een vreedzame scholenvis die het beste in een speciaalaquarium kan worden gehouden, maar ook prima geschikt is voor in een gezelschapsbak, andere bewoners worden met rust gelaten.
Kweek van de Melanotaenia exquisita
De kweek van de Melanotaenia exquisita is vrij eenvoudig, deze vissen zetten zo´n 100 tot 200 eitjes af tussen fijnbladige planten zoals Javamos. Dit kan enige dagen duren. De jongen komen na 6 à 7 dagen uit. Je kunt ze opkweken met artemia-naupliën of fijn stofvoer.
Auteurs
Adrian R. Tappin
John de Lange
Coby
Copyright foto’s
Neil Armstrong
Gunther Schmida
Literatuur
Allen, G. R. (1978). The rainbowfishes of northwestern Australia (family Melanotaeniidae). Tropical Fish Hobbyist 26(10): 91-102.
Allen, G.R. (1989). Freshwater fishes of Australia. T.F.H. Publications, Inc., Neptune City, New