Maylandia fainzilberi

Maylandia fainzilberi, ook bekend als Metriaclima fainzilberi, is een levendige Mbuna cichlide uit het Malawimeer. Mannetjes zijn helderblauw met een gouden borst en verticale banden, terwijl vrouwtjes grijzer zijn. Ze zijn territoriaal, voornamelijk herbivoor en leven in rotsachtige biotopen. Een fascinerende soort voor het aquarium.

5
(5)

Maylandia fainzilberi

Maylandia fainzilberi is een fascinerende zoetwatervis die bekend staat om zijn opvallende kleuren en interessante gedrag. Deze soort behoort tot de familie van de cichliden, een groep vissen die veel voorkomt in de aquaristiek.

Wetenschappelijke naam en beschrijving

De wetenschappelijke naam van deze soort is Maylandia fainzilberi. De soort werd voor het eerst beschreven door Staeck in 1976.

Er is echter een taxonomische discussie over de geldigheid van de geslachtsnaam. Veel auteurs erkennen Metriaclima Stauffer, Bowers, Kellogg & McKaye 1997 als de geldige naam, met het argument dat Maylandia een diagnose mist en daarom niet beschikbaar is. Echter, Eschmeyer’s Catalog of Fishes behandelt de oudere naam Maylandia als geldig. De naam Metriaclima fainzilberi werd voor het eerst beschreven door Stauffer, Bowers, Kellogg & McKaye in 1997.

Familie

Maylandia fainzilberi behoort tot de familie van de Cichliden (wetenschappelijke naam: Cichlidae). Deze familie staat bekend om de grote diversiteit aan soorten en hun complexe gedrag, vooral met betrekking tot broedzorg.

Betekenis van de geslachtsnaam en soortnaam

  • Geslachtsnaam Maylandia: Deze naam is een eerbetoon aan Hans Joachim Mayland (ca. 1928-2004), een bekende cichlidenliefhebber en auteur van aquariumvisboeken.
  • Geslachtsnaam Metriaclima: Deze naam, geïntroduceerd in 1997, is samengesteld uit twee Griekse woorden:
    • Metrios betekent “matig” of “gemiddeld”.
    • Klima betekent “helling”. De naam verwijst naar de “matig hellende kop” van de vissen binnen dit geslacht .
  • Soortnaam fainzilberi: Deze naam is gegeven ter ere van Misha Fainzilber, een exporteur van tropische vissen die Staeck toegang verschafte tot het Malawimeer, waar de soort vandaan komt.
Metriaclima fainzilberi at Mara Rocks
Metriaclima fainzilberi at Mara Rocks

Beschrijving

Maylandia fainzilberi is een opvallende cichlide uit het Malawimeer. Deze vis heeft een typische lichaamsbouw voor een Mbuna en vertoont duidelijke verschillen in uiterlijk tussen de geslachten.

Uiterlijk

Maylandia fainzilberi heeft een langwerpig en enigszins afgeplat lichaam. De basiskleur van de kop en de flanken van de ‘normale vorm’ is helderblauw, terwijl de borst en buik variëren van bruinachtig-geelachtig tot witachtig of zelfs helder blauw. Op de flanken van volwassen mannetjes zijn ongeveer zeven donkere, verticale banden zichtbaar. Deze banden zijn aan de achterkant van het lichaam minder prominent dan aan de voorkant. De kop wordt gekenmerkt door drie brede, donkere dwarsbanden, waarvan de middelste tussen de ogen doorloopt en deze verbindt. De rugvin is op sommige locaties aan de achterkant licht geelachtig gekleurd, een tint die soms ook terugkomt in de staartvin. De blauwe aarsvin van de mannetjes toont meerdere felgele, zwart omzoomde eivlekken, die een belangrijke rol spelen bij de voortplanting. De vis heeft een grote, licht bovenstandige mond met dikke, vlezige lippen, waardoor hij zijn mond niet volledig kan sluiten. De keeltanden zijn erg klein en staan dicht op elkaar.

Verschillen tussen mannetjes en vrouwtjes

Er zijn duidelijke verschillen tussen de mannetjes en vrouwtjes van de Maylandia fainzilberi. Mannetjes worden doorgaans groter, met een maximale lengte van ongeveer 12-13 centimeter, terwijl vrouwtjes maximaal zo’n 10 centimeter lang worden. De mannetjes zijn aanzienlijk kleurrijker dan de vrouwtjes en jonge vissen. Zij ontwikkelen de kenmerkende helderblauwe basiskleur met de donkere verticale banden op de flanken en de dwarsbanden op de kop. De naam “goudborst” verwijst specifiek naar de opvallende gouden kleur die op de borst van de mannetjes van sommige locaties te zien is. Vrouwtjes en juveniele exemplaren zijn veel minder opvallend; hun basiskleur is grijsachtig-blauw en de verticale banden zijn slechts zwak zichtbaar. Naarmate jonge mannetjes volwassen worden, ontwikkelen ze geleidelijk hun kenmerkende felle kleuren en patronen.

Gedrag en temperament

Maylandia fainzilberi behoort tot de Mbuna-cichliden, een groep die bekend staat om hun territoriaal gedrag. Mannetjes kunnen agressief zijn, vooral tegenover soortgenoten of andere vissen die qua uiterlijk op hen lijken. Ze leven in kolonies en organiseren zich rond een gevestigde hiërarchie. Deze vissen zijn van nature herbivoor en leven op de bodem, waar ze de neiging hebben om in het zand te graven en hun omgeving te veranderen. Ze tolereren geen indringers in hun leefgebied en kunnen hevige gevechten uitlokken, vooral tussen dominante mannetjes, wat kan leiden tot onderwerping of zelfs de dood van een van de vissen. Ze zijn dagactief en houden zich op tussen de rotsen en stenen.

Levensverwachting

De maximale levensverwachting van de Maylandia fainzilberi is momenteel niet precies bekend. Echter, andere bronnen suggereren een levensduur van ongeveer 8 jaar in een geschikte omgeving.

Verschillen in kleurstelling per locatie

Hoewel de Maylandia fainzilberi voorkomt in verschillende delen van het Malawimeer, met name in het noordoostelijke deel in Malawi, Mozambique en Tanzania, beschrijven de beschikbare bronnen voornamelijk de “normale vorm” van de soort. Er wordt wel vermeld dat de kleuring sterk kan variëren (polymorfisme). Het is bekend dat veel Mbuna-cichliden, afhankelijk van hun specifieke geografische locatie binnen het meer, lokale kleurvarianten of ‘morphes’ kunnen ontwikkelen. Tussen de tekst door heb ik foto’s geplaatst van verschillende lokale kleurvariaties van de mannen. De vrouwen van de verschillende locaties lijken veel meer op elkaar.

Maylandia fainzilberi - Chewere
Maylandia fainzilberi – Chewere

Biotoop

Maylandia fainzilberi is een zoetwatervis die uitsluitend voorkomt in het Malawimeer, een van de grootste en diepste meren van Afrika. Dit meer staat bekend om zijn enorme biodiversiteit, vooral wat betreft cichliden. Ze zijn endemisch in het Malawimeer, dat grenst aan de landen Malawi, Mozambique en Tanzania. Binnen dit uitgestrekte meer zijn er verschillende populaties van de soort te vinden.

Deze cichlide bewoont voornamelijk de rotsbiotopen van het Malawimeer, op dieptes van minder dan 5 meter. Dit betekent dat ze leven in gebieden met veel stenen en rotsformaties, die dienen als schuilplaatsen en territoria. De rotsen zijn vaak bedekt met een ‘biomat’ of biofilm van algen, aufwuchs genaamd, die een belangrijke voedselbron vormt voor deze vissen. De aanwezigheid van veel grotten en spleten is belangrijk voor hun overleving, aangezien deze plekken bescherming bieden tegen roofdieren en dienen als broedplaatsen.

Natuurlijke vijanden of rol als jager

Maylandia fainzilberi is een herbivoor die zich voedt met algen, die hij van de biomat op de rotsen schraapt of borstelt. Daarnaast eet de vis soms ook plankton, wat duidt op een deels carnivoor dieet. Hoewel de specifieke natuurlijke vijanden niet in de documenten worden genoemd, zijn Mbuna’s, zoals de Maylandia fainzilberi, prooidieren voor grotere roofvissen in het Malawimeer.

Klimaat

Het Malawimeer ligt in een tropische zone. Het waterpeil van het meer is relatief stabiel in vergelijking met kleinere rivieren of meren. De watertemperatuur in het Malawimeer is het hele jaar door warm en stabiel, er zijn dus weinig veranderingen in de waterwaarden van het meer door het jaar heen.

Maylandia fainzilberi - Higga Reef
Maylandia fainzilberi – Higga Reef

Dieet

Het dieet van Maylandia fainzilberi is voornamelijk gericht op de natuurlijke voedselbronnen die beschikbaar zijn in zijn rotsachtige leefomgeving in het Malawimeer.

Voedsel in het wild

In zijn natuurlijke habitat voedt de Maylandia fainzilberi zich voornamelijk met algenopgroei (ook wel ‘aufwuchs’ genoemd) en de kleine organismen die daarin leven. Dit betekent dat de vis een zogenaamde ‘limnivore’ is, wat inhoudt dat hij algen en de daarin aanwezige micro-organismen van de rotsen schraapt of borstelt. Deze algenlaag, vaak aangeduid als ‘biomat’ of biofilm, is een rijke voedselbron in het Malawimeer en vormt de basis van het dieet van veel Mbuna-cichliden.

Voedsel in het aquarium

Gezien hun natuurlijke dieet van algen en kleine ongewervelden, is het in de aquaristiek gebruikelijk om Mbuna-cichliden een dieet aan te bieden dat rijk is aan plantaardige materialen. Dit kan bestaan uit speciale cichlidenpellets of vlokken met een hoog aandeel spirulina of andere plantaardige ingrediënten. Af en toe kunnen kleine hoeveelheden dierlijk voer, zoals artemia of mysis, worden gegeven als aanvulling, maar een te eiwitrijk dieet kan leiden tot gezondheidsproblemen bij herbivore cichliden.

Maylandia fainzilberi - Ikombe
Duidelijk zichtbaar zijn de tandjes waarmee de aufwuchs van de rotsen wordt geschraapt.
Maylandia fainzilberi – Ikombe
Duidelijk zichtbaar zijn de tandjes waarmee de aufwuchs van de rotsen wordt geschraapt.

Het Aquarium

Het inrichten van een geschikt aquarium voor de Maylandia fainzilberi is belangrijk voor hun welzijn, gezien hun specifieke gedrag en natuurlijke leefomgeving in het Malawimeer.

Minimale aquariumgrootte

Op basis van de maximale lengte van de vis (mannetjes tot 12-13 cm, vrouwtjes tot 10 cm) en hun territoriale Mbuna-gedrag kunnen we afleiden dat een ruim aquarium noodzakelijk is. Voor een harem van deze vissen, één man met een drietal vrouwen is een aquarium van minimaal 140 centimeter lengte aan te raden. Grotere aquaria zijn altijd beter, vooral voor Mbuna’s. Voor een aquarium met meerdere mannen, of mannen die lijken op deze soort, is een veel groter aquarium nodig.

Inrichting

De inrichting van het aquarium moet de natuurlijke rotsbiotoop van het Malawimeer nabootsen. Dit betekent dat er veel stenen en rotsformaties aanwezig moeten zijn om schuilplaatsen, grotten en territoria te vormen. Maylandia fainzilberi leeft van nature op de bodem en heeft de neiging om in het zand te graven. Daarom is een substraat van zand of fijn grind aan te bevelen. Planten zijn in hun natuurlijke rotsachtige habitat minder prominent aanwezig en worden vaak opgegraven door deze gravende vissen. Als je toch planten wilt toevoegen, kies dan voor stevige soorten die goed kunnen worden verankerd tussen de rotsen of in potjes, zoals Anubias of Javavaren. Zorg voor een stabiele opbouw van de rotsen, zodat deze niet kunnen omvallen door het graafgedrag van de vissen.

Geschikte waterwaarden

De Maylandia fainzilberi gedijt het beste in waterwaarden die vergelijkbaar zijn met die van het Malawimeer. Dit betekent:

  • pH-waarde: Tussen 7.5 en 8.5
  • dH-waarde (hardheid): Tussen 12 en 16.
  • Temperatuur: Een tropische watertemperatuur tussen 22°C en 26°C .
    Regelmatige waterverversingen zijn belangrijk om de waterkwaliteit hoog te houden en de vissen gezond te houden.

Geschikte en ongeschikte medebewoners

De Maylandia fainzilberi is een territoriaal dier dat geen indringers in zijn leefgebied tolereert. Ze kunnen bijzonder agressief zijn tegenover andere territoriale soorten en kunnen hevige gevechten uitlokken. Dominante mannetjes van deze soort kunnen elkaar niet uitstaan in hun constante zoektocht naar dominantie, wat kan leiden tot intense en gewelddadige confrontaties, met onderwerping of zelfs de dood van een van de vissen tot gevolg. Daarom is de keuze van medebewoners belangrijk:

  • Geschikte medebewoners: Kies voor andere robuuste Mbuna-cichliden uit het Malawimeer die vergelijkbare waterwaarden vereisen, maar die niet te veel lijken op de Maylandia fainzilberi qua kleur of lichaamsvorm, en die een andere niche in het aquarium innemen. Dit helpt om agressie te spreiden en directe concurrentie te verminderen. Denk aan soorten die zich meer richten op andere algensoorten of die een ander zwemgedrag vertonen. Het is aan te raden om een overbevolking te creëren (met voldoende schuilplaatsen) om agressie te spreiden, of om slechts één mannetje Maylandia fainzilberi met meerdere vrouwtjes te houden.
  • Ongeschikte medebewoners: Vermijd het houden van meerdere dominante mannetjes Maylandia fainzilberi in een te klein aquarium. Ook vissen die te klein, te schuw of te fragiel zijn, zullen waarschijnlijk het slachtoffer worden van hun territoriale gedrag. Soorten met vergelijkbare kleuren of patronen kunnen ook als concurrenten worden gezien en leiden tot agressie.
Maylandia fainzilberi - OB - Hongi Island
Maylandia fainzilberi – OB – Hongi Island

Kweek Aquarium en Conditioneren

De kweek van de Maylandia fainzilberi in het aquarium is goed mogelijk, mits de juiste omstandigheden worden geboden. Deze soort is een muilbroeder, wat betekent dat het vrouwtje de eieren en later de jonge visjes in haar bek draagt en beschermt.

Gewoon of speciaal kweekaquarium

De Maylandia fainzilberi is een ovipare muilbroeder (eierleggende muilbroeder) waarbij het vrouwtje de broedzorg op zich neemt. Mannetjes zijn polygaam en paren met meerdere vrouwtjes per seizoen. Dit betekent dat kweek in een ruim gezelschapsaquarium met voldoende schuilplaatsen voor de vrouwtjes mogelijk is.

Voor een succesvolle kweek en om de overlevingskansen van de jonge vissen te maximaliseren, kan een speciaal kweekaquarium overwogen worden. Dit is vooral nuttig om de broedende vrouw rust te geven en de jonge vissen te beschermen tegen andere aquarium bewoners.

  • Grootte: Een kweekaquarium hoeft niet zo groot te zijn als het gezelschapsaquarium, maar moet wel voldoende ruimte bieden voor de broedende vrouw en later de jonge vissen. Een aquarium van 60-80 liter kan volstaan voor een broedende vrouw met jongen.
  • Inrichting: Zorg voor voldoende rotsen en grotten waar de broedende vrouw zich kan terugtrekken en waar de jonge vissen later beschutting kunnen vinden. Een zandbodem is ideaal, aangezien de vissen van nature graven.
  • Waterwaarden: De waterwaarden moeten overeenkomen met die van het Malawimeer: een pH tussen 7.5 en 8.5. De temperatuur moet tussen 22°C en 26°C liggen.
  • Verlichting en filter: Normale aquariumverlichting is voldoende. Een goed ingedraaid filter dat zorgt voor schone, maar niet te sterke stroming, is essentieel. Een sponsfilter of een buitenfilter met een lage instroom is vaak een goede keuze voor een kweekaquarium.

Conditionering

Om de vissen in kweekconditie te brengen, is een gevarieerd en voedzaam dieet van groot belang.

  • Voer: Gezien hun herbivore aard in het wild, is het belangrijk om een dieet aan te bieden dat rijk is aan plantaardige materialen, zoals hoogwaardige spirulina-vlokken of pellets. Aanvulling met kleine hoeveelheden dierlijk voer, zoals artemia of mysis, kan de kweekbereidheid stimuleren, maar overdrijf dit niet om spijsverteringsproblemen te voorkomen.
  • Scheiding man/vrouw: Dit is niet nodig en ook niet gebruikelijk in een goed ingericht en voldoende groot gezelschapsaquarium met een geschikte ratio.
  • Ratio bij kweekgroep: Vanwege de polygame aard van de mannetjes en hun territoriale gedrag, is het aan te raden om één mannetje te houden met meerdere vrouwtjes (bijvoorbeeld 1 mannetje op 3-4 vrouwtjes). Dit spreidt de aandacht van het mannetje en vermindert stress bij de vrouwtjes.

Baltsgedrag en het afzetten van de eieren

Om vrouwtjes aan te trekken en te stimuleren tot paring, verdedigt het mannetje een territorium, vaak rond een rotsformatie die als broedplaats kan dienen. Hij probeert een vrouw aan te trekken door zijn mooiste kleuren op te zetten. Als het vrouwtje niet direct wegzwemt en bereid lijkt te zijn om mee te gaan naar de plek in het zand waar het mannetje wil paaien, zwemt hij voor haar langs en spreidt zijn vinnen wijd uit. Met trillende bewegingen verleidt hij haar.

Op een plek in het zand draait het koppel om elkaar heen. Na een tijdje legt het vrouwtje, al om elkaar heen draaiend, de eieren in het zand. Het mannetje bevrucht de eieren. Het vrouwtje neemt daarop de eieren in haar muil. De zwart omzoomde eivlekken op de anaalvin van het mannetje lijken op eieren . Het vrouwtje hapt hier af en toe naar. Het mannetje laat dan wat hom (sperma) los en bevrucht daarmee de eieren die zich al in de muil van het vrouwtje bevinden en nog niet bevrucht waren. Nadat alle eieren zijn opgenomen in de muil van het vrouwtje, zit de taak van het mannetje erop.

Broedzorg

Na de bevruchting neemt het vrouwtje de volledige broedzorg op zich. Ze draagt de eieren en later de uitgekomen larven en jonge visjes in haar bek. Deze periode van mondbroeden kan enkele weken duren, afhankelijk van de watertemperatuur. Gedurende deze tijd eet het vrouwtje vaak niet of nauwelijks, en trekt ze zich terug op een veilige plek, zoals een grot of een spleet tussen de rotsen. Dit gedrag is essentieel voor de bescherming van de kwetsbare jongen tegen roofdieren en agressieve medebewoners.

Ontwikkeling van de jongen

De vrouw broed ongeveer 3 weken op de eieren en larven. Bij muilbroedende cichliden komen de eieren na enkele dagen uit in de bek van het vrouwtje. De larven blijven vervolgens nog enige tijd in de bek, waar ze teren op hun dooierzak en verder ontwikkelen. Pas wanneer de jonge visjes volledig zijn ontwikkeld en vrij kunnen zwemmen, worden ze door het vrouwtje losgelaten. Na het loslaten van de jonge visjes moeten ze geheel voor zichzelf zorgen.

Opgroeien van de jonge Maylandia fainzilberi

Wanneer de jonge vissen voor het eerst worden losgelaten, zijn ze klein en kwetsbaar. In een gemengd aquarium met meerdere volwassen vissen, eindigen de jonge visjes vaak als snack. Als je een heel nest wil opkweken komt hier het kweek aquarium goed van pas.

Vang de vrouw uit ongeveer 17 dagen na het afzetten van de eieren. Plaats haar in het kweek aquarium waar ze in alle rust de larven nog een paar dagen kan uitbroeden. Nadat ze de larven heeft losgelaten, eet ze deze niet direct op. Je hebt de tijd om haar terug te plaatsen in het hoofdaquarium.

Voer de jonge Maylandia fainzilberi fijn gemalen vlokvoer, artemia-naupliën of ander klein levend of diepvriesvoer.

Video

Veel gestelde vragen – FAQ

Waar komt Maylandia fainzilberi vandaan?

Maylandia fainzilberi is een Mbuna cichlide die oorspronkelijk uit het Malawi Meer in Afrika komt. Hij leeft in de rotsachtige zones van het meer, met name rond eilanden zoals Chizumulu en Likoma.

Hoe groot wordt een Maylandia fainzilberi en hoe herken ik het verschil tussen mannetjes en vrouwtjes? 

Mannetjes van de Maylandia fainzilberi kunnen tot 15 cm lang worden, terwijl vrouwtjes doorgaans kleiner blijven, tot ongeveer 12 cm. Mannetjes zijn intenser gekleurd en hebben eivlekken op de anaalvin; vrouwtjes zijn vaak bruin/grijs.

Wat eet een Maylandia fainzilberi in het aquarium?

Deze vis is een herbivoor en heeft een dieet nodig dat voornamelijk bestaat uit plantaardig materiaal. Voer spirulina vlokken, groenvoer en speciale cichlidenkorrels. Het is cruciaal om dierlijke eiwitten te vermijden om darmproblemen te voorkomen.

Welke waterwaarden zijn ideaal voor de Maylandia fainzilberi?

De ideale watertemperatuur voor de Maylandia fainzilberi ligt tussen 23-27°C. De pH-waarde moet tussen 7.5 en 8.5 liggen. Ze gedijen het beste in middelhard tot hard water, wat hun natuurlijke leefomgeving nabootst.

Wat voor aquarium heeft een Maylandia fainzilberi nodig?

Een aquarium van minimaal 120 cm is vereist voor de Maylandia fainzilberi. De inrichting moet veel rotsen bevatten die schuilplaatsen en holen vormen, met een zandbodem. Dit bootst hun natuurlijke rotsachtige biotoop na.

Kan de Maylandia fainzilberi samenleven met andere vissen?

Maylandia fainzilberi is een relatief vreedzame Mbuna, maar kan territoriaal zijn. Hij kan agressief reageren op soortgenoten en vissen met vergelijkbare kleuren. Kies medebewoners zorgvuldig om conflicten te minimaliseren.

Hoe plant de Maylandia fainzilberi zich voort in het aquarium?

Deze cichlide is een muilbroeder. Het vrouwtje broedt de eieren uit in haar bek. Na ongeveer drie weken worden de jonge visjes losgelaten. Dit is een veelvoorkomende en fascinerende kweekmethode bij Malawi cichliden.

Auteur

Copyright foto’s

Mark Thomas – Marks Fiskenarie
Pete Barnes

Bibliografie

  • Sidan, Första. Metriaclima fainzilberi, Chiwindi. Geraadpleegd op 22 december 2018. Link
  • Stauffer, J. R., Bowers, N. J., Kellogg, K. A., & McKaye, K. R. (1997). A revision of the blue-black Pseudotropheus zebra (Teleostei: Cichlidae) complex from Lake Malawi, Africa, with a description of a new genus and ten new species. Proceedings of the Academy of Natural Sciences Philadelphia, 148, 189-230.
  • Ciccotto, P. J., Konings, A., & Stauffer, J. R. (2011). Descriptions of five new species in the genus Metriaclima (Teleostei: Cichlidae) from Lake Malaŵi, Africa. Zootaxa, 2738, 1-26.
  • Wikipedia. (2018). Maylandia fainzilberi. Geraadpleegd op 22 december 2018. Link

Hoe nuttig was dit bericht?

Klik op een ster om deze te beoordelen!

Gemiddelde waardering 5 / 5. Stemtelling: 5

Tot nu toe geen stemmen! Wees de eerste die dit bericht waardeert.

Omdat je dit bericht nuttig vond...

Volg ons op sociale media!

Het spijt ons dat dit bericht niet nuttig voor je was!

Laten we dit bericht verbeteren!

Vertel ons hoe we dit bericht kunnen verbeteren?