Mastacembelus albomaculatus
Mastacembelus albomaculatus wordt in het gehele meer aangetroffen in de buurt van rotsen. Ze schuilen namelijk in holen spleten die de rotsen creeëren.
Om deze schitterende aal een goed onderkomen te bieden heeft het aquarium dus voldoende schuilplaatsen nodig door middel van rotsformaties. De Mastacembelus albomaculatus kun je het beste solitair houden of in een groep van minimaal 6 exemplaren. Wil je een groep van minimaal 6 Mastacembelus albomaculatus houden dan moet je aquarium minimaal 140 cm breed zijn en minimaal 300 liter bevatten. De Mastacembelus albomaculatus kun je het beste houden op de volgende waterwaardes: pH=8,5-9.0, kH=8.0-14.
Synoniemen:
Afromastacembelus albomaculatus, Caecomastacembelus albomaculatus
Lengte:
22 cm – 22 cm
Aquarium:
120 cm – 240 liter
Voeding
Het voer voor deze vissen in het wild is gevarieërd, ze eten daar vooral jonge vissen, eitjes, insecten, larven, regenwormpjes, etc. In het aquarium eten ze ook gevarieërd, namelijk vlokvoer, fijn granulaat, witte muggenlarven etc. Dit voer is meestal hun favoriet.
Habitat
De Mastacembelus albomaculatus leeft vooral tussen de rotsen.
Dieet
Het voeren van alen blijft altijd een apart werkje. Alen hebben namelijk de eigenschap niet snel eten te pakken. Het is dus een must om de alen met de hand te voeren als u ook andere vissen in het aquarium houd. Heeft u een aal gekocht van een mede aquariaan dan is de kans groot dat deze aal al kennis heeft van voeren uit de hand. Heeft u er 1 uit een aquariumwinkel zul je hoogstwaarschijnlijk de aal zelf nog moeten leren uit de hand te voeren. Waarom apart voeren: de aal is best schuw als alle vissen door de bak schieten en komt anders te kort en dat willen we natuurlijk niet.
Kweek van de Mastacembelus albomaculatus
Deze aal zet eitjes af op een steen in een hol of krappe ruimte op de ruit waar andere dieren niet bij kunnen komen.
Auteur
John Ponsen
Copyright foto’s
Suephoto.com (originele website niet meer beschikbaar)