Hemigrammus ocellifer – Lantaarndragertje
De Hemigrammus ocellifer of in het Nederlands Lantaarndragertje of Lichtvisje is in 1882 voor het eerst beschreven door Steindachner. De naam Hemigrammus kan vrij worden vertaald als halve zijlijn. Ocellifer betekend oog-dragend.
Doordat de Hemigrammus ocellifer in het aquarium vaak wordt gehouden worden ze op grote schaal commercieel gekweekt. De meeste vissen die je in de winkel zal tegenkomen worden in Oost Europa gekweekt.
Synoniemen: Tetragonopterus ocellifer, Hemibrycon ocellifer, Hemigrammus ocellifer falsus.
Beschrijving
De kleur van de Hemigrammus ocellifer is zilvergrijs met een groenige glans. Op de aanzet van de staartvin bevindt zich een zwarte vlek met daarboven een gouden vlekje. Aan deze vlekken dankt hij zijn Nederlandse naam Lantaarndragertje. De bovenste helft van de iris van het oog heeft een oranje kleur.
De vrouwen worden met hun 4,5 centimeter net even groter dan de mannen die een lengte kunnen bereiken van zo’n 4 centimeter. De vrouwen zijn in de buikpartij wat steviger dan de mannen. De mannen krijgen aan hun anaalvin een haakje, hiermee kunnen ze bij het uitvangen in het netje blijven hangen. Dit haakje is met het blote oog maar net te zien. Dit haakje aan de aarsvin is bij veel tetra’s uit het geslacht Hemigrammus aanwezig waaronder ook bijvoorbeeld bij de Hemigrammus bleheri of Roodkopzalm.
Het schijnt dat je het geslacht het beste kunt zien aan de zwemblaas. deze is door het half doorschijnende lichaam te zien. Bij de man loopt deze uit in een punt, bij de vrouw is deze afgerond. Aan de kleur kun je het geslacht niet aflezen.
Deze soort is zeer gevoelig voor witte stip. Zorg dus dat ze niet gestrest raken. Let ook op bij het uitvangen. Met een netje kun je de slijmhuid makkelijk beschadigen wat de kans op witte stip vergroot. Het beste vang je ze uit met een vangklok. Je voorkomt dan alle vorm van beschadiging.
Het karakter van de Hemigrammus ocellifer is redelijk vredelievend. Het kunnen echter af en toe wel vinnenbijtertjes zijn. Alle tetra’s/karperzalmen zijn tenslotte familie van de Piranhas, ze hebben net zulke tandjes als hun grote neef, alleen een beetje kleiner.
Biotoop
De Hemigrammus ocellifer komt in de natuur voor in een zeer groot gebied. Ze komen voor in Guyana, Frans Guyana, Suriname, Peru en Brazilië. Ze leven daar in langzaam stromende rivieren, stroompjes en overstromingsgebieden.
Dieet
Het zijn echte omnivoren. In het aquarium nemen dus ze eigenlijk al het voer wel. Om de kleur het beste naar boven te krijgen het liefst het droogvoer afwisselen met levend of diepvriesvoer in de vorm van bijvoorbeeld watervlooien, artemia en tubifex.
Het Aquarium
Een aquarium vanaf zo’n 60 centimeter volstaat voor een klein schooltje Hemigrammus ocellifer. Houdt ze in een schooltje van minimaal 6 stuks. Ze komen het best tot hun recht in een dicht beplant aquarium met wat gedimt licht. Maak in het midden wat ruimte zodat ze uit de planten naar de voorgrond kunnen komen.
De kleuren ontwikkelen zich het best bij de wat zuurdere waterwaardes, dus een lage pH en GH. Ze doen het ook prima op de hogere pH maar dan zijn vaak de kleuren wat fletser, houdt de pH in ieder geval tussen de 5.5 en 7.5. De temperatuur mag liggen tussen de 24 en 28 graden.
Om het effect van het zwarte water na te bootsen waarin ze in de natuur leven zou je kunnen filteren over turf. Dit heeft ook meteen een aanzurend effect om de gewenste lagere pH waarde te krijgen.
Kweek Aquarium en Conditioneren
Voor het kweken met de Hemigrammus ocellifer gebruik je het best een speciaal ingericht kweek aquarium. Gebruik hiervoor een klein aquarium wat is ingericht met fijnbladige planten zoals Javamos. Als alternatief voor het Javamos kun je een afzetmop gebruiken. Zorg voor zacht, lichtzuur water met een pH van 5,5 tot 6,5 en een temperatuur van zo’n 27 a 28 graden.
Het water kun je het best filteren met een sponsfilterje en een heel klein beetje stroming.
Let op: Mannen die in een netje zijn blijven hangen en waarbij het haakje van de anaalvin is afgebroken zijn op dat moment niet geschikt om mee te kweken. Vinnen regenereren snel waardoor het mannetje later misschien wel weer gebruikt kan worden. Het kan geen kwaad om voorzichtig met de mannen om te springen.
Het Afzetten
De eieren worden vroeg in de ochtend gelegd. De vrouwen kunnen tussen de 200 en 1000 eieren produceren.Na het afzetten van de eieren moeten de ouders direct worden uitgevangen om te voorkomen dat de eieren door de ouders worden opgegeten.
Je kunt twee methodes toepassen om de eieren te verkrijgen. Scheidt de mannen van de vrouwen en bekijk de vrouwtjes goed. Zet een groep mannen en evenveel vrouwen bij elkaar. De volgende ochtend zouden de eieren moeten worden afgezet. Vang de ouderdieren daarna uit.
De tweede methode is met slechts een koppel. Scheidt wederom de mannenv van de vrouwen. Wacht tot de vrouwen vol eieren zitten en kies het dikste vrouwtje uit. Zet haar samen met het mooiste mannetje in het kweekaquarium. Ook nu zal het afzetten van de eieren in de vroege ochtend plaatsvinden. Vang ook hier het koppel uit na het afzetten.
De eieren en pas uitgekomen jongen zijn heel gevoelig. Het liefst houdt je ze in een donkere omgeving.
Opgroeien van de Jongen
De eieren komen na 24 tot 36 uur uit. 3 tot 4 dagen later kunnen de jongen vrij zwemmen. De jongen zijn zeer klein en hebben dus ook het kleinst mogelijke voor nodig. Je kunt ze de eerste dagen na het uitkomen voeren met infusoria. Zodra de jongen groot genoeg zijn kun je overstappen op vers uitgekomen artemia en microwormpjes.
Zie ook het artikel De kweek van Hemigrammus ocellifer
Conclusie
De Hemigrammus ocellifer of Lantaarndragertje is een uitermate geschikte soort om in een gezelschapsaquarium te houden. Het zijn taaie visjes die ook voor de beginner goed te houden is. Zorg wel voor veel beplanting en houdt ze altijd in een schooltje.
Video
Auteur
John de Lange
Copyright foto’s
Hung-You Chen
Deadlyballistics
AquariumGlaser.de
Bronnen:
- Datz 12/2001 pagina 12
- Seriouslyfish.com
- Fishbase.org
