Nederlandse Naam:
Drakenkop / Drakenkopvis
Latijnse naam:
Gobioides broussonnetii
Overige namen:
Dragon Goby, Dragon Fish, Violet Goby
Familie:
Gobiidae
Afkomst:
Atlantische kust van Georgia (USA) tot Noord-Brazilië
Grootte:
Rond de 30 cm. In gevangenschap. In de natuur rond de 60 cm.
Temperatuur:
22-26 graden Celsius
Afmeting aquarium:
Minimaal 120 cm. Het langer hoe beter. De hoogte is van ondergeschikt belang daar het een bodembewoner is.
Watertype:
Van origine is de Gobioides broussonnetti een brakwatervis. Om de vis het beste tot zijn recht te laten komen is het aan te raden de saliniteit (zoutgehalte) op 1% te houden. De hoeveelheid zouten bedraagt dus 10,0 gram per kg water.
Doordat de Gobioides broussonnetti een goed aanpassingsvermogen heeft kan deze ook in zoetwater worden gehouden. Men dient geleidelijk de zouttoevoeging te verminderen. Neem hier ruim de tijd voor!
Tegenwoordig wordt de Gobioides broussonnetti ook in zoetwater gekweekt. Vraag bij aanschaf altijd na of de vis in brak of zoet water is gekweekt. Helaas hebben vele vissen het loodje gelegd door de vis plots van brakwater in zoetwater te plaatsen.
De temperatuur van het water dient te liggen tussen de 21 en 27 graden en de PH tussen de 6.5-8.5.
Waterlaag:
Bodembewoner
Ondergrond:
De Gobioides broussonnetti prefereert een zand/modder bodem. Hij zuigt zand in zijn bek en filtert op deze manier de voeding uit het zand. Daarnaast vindt hij het heerlijk om te woelen in het zand.
Schuilplekken:
De Gobioides broussonnetti prefereert veel schuilplekken waaronder buizen, rotsen etc. en liever teveel dan te weinig. Heb je meerdere bodembewoners die een schuilplaats prefereren zorg dan voor voldoende schuilplekken.
De Gobioides broussonnetti is van nature niet schuw maar hou je hem met agressieve medebewoners dan kan het zijn dat hij zich blijft verschuilen in de plek die vaak het verst van zijn belagers af ligt.
Voeding:
Zowel levend voer als diepvriesvoer. Hij houdt van wormen en kreeftachtigen met een voorkeur voor rode muggenlarven. Daarnaast is Artemia, Enchytreeën en Mysis zeer geschikt voedsel. Ook Tubifex is geschikt maar net als Enchytreeën bevat dit veel vet en het is dan ook aan te raden dit maximaal 1x per week te voeren.
Ondanks zijn uiterlijk is de drakenkop geen rover. Mocht er tijdens het eten bijvoorbeeld een baby gup in zijn mond verdwijnen dan is de kans wel aanwezig dat deze wordt opgegeten maar de Gobioides broussonnetti zal niet actief op vissen jagen.
Uiterlijk:
Het uiterlijk van de Gobioides broussonnetti past absoluut niet bij zijn karakter. Hoewel hij er angstaanjagend uitziet is het een zeer sociale vis.
Een gezonde Gobioides broussonnetti kan worden herkend aan een blauw metallic kleur met een gouden gloed op de buik.Op een lichte bodem is de vis vaak wat bleker.
Een ander kenmerk van de Gobioides broussonnetti zijn de kleine oogjes. Hiermee ziet hij bijna niets. Je zal hem tijdens zijn zoektocht naar voedsel ook vaak langs het voer zien zwemmen. In tegenstelling tot zijn kleine oogjes heeft de Gobioides broussonnetti een zeer grote bek met vele kleine tandjes.
Karakter:
Zoals hierboven reeds vermeld is het een zachtaardige vis met een imposant uiterlijk. De Gobioides broussonnetti is een levendige vis en zal zich, zonder agressieve medebewoners, veelvuldig laten zien. Normaliter zal hij geen andere bewoners aanvallen. Houd deze vis niet samen met andere agressieve (grond) bewoners. Door zijn karakter bijt hij niet snel van zich af en zal daarom altijd het slachtoffer blijven en een vervelend bestaan hebben. Soortgenoten worden zonder problemen aanvaard. Mannetje onderling kunnen op elkaar reageren door naast elkaar te gaan liggen en tegen elkaar aan te gaan duwen.
Levensduur:
In gevangenschap kan de Gobioides broussonnetti een leeftijd bereiken van ongeveer 10 jaar.
Kweek:
De kweek dient te geschieden in een groot aquarium met voldoende schuilplaatsen met hierin één man en minimaal 3 vrouwtjes. De vrouwtjes zelf hebben de schuilplaatsen nodig maar ook het mannetje moet de ruimte hebben om er een nest in te maken. Stop het voeden voor een week en geef ze vervolgens veel levend voer zoals rode muggenlarven en tubifex. Na het paren worden de eitjes bewaakt door het mannetje.
De eitjes zullen na 1,5 á 2 dagen uitkomen en moeten worden gevoerd met infuusvoer en eencellige groene algen (groen water). Na ongeveer een maand kan over worden gegaan op Artemia. (Bron Harper, uit het boek Tropical Fish Hobbyist).
Video
Auteur
Martin Vos
Copyright foto’s
Martin Vos
Hristo Hristov
Bronnen
Eigen ervaring, ervaringen van andere Gobioides broussonetti houders, Wikipedia en badmanstropicalfish.com.