Erpetoichthys calabaricus – Wimpelaal

De mysterieuze Wimpelaal of Erpetoichthys calabaricus is met zijn ingetogen en tegelijkertijd nieuwsgierige karakter een dankbare vis die makkelijk te verzorgen is. Combineer de Wimpelaal niet met vissen die in diens bek passen.

()

Erpetoichthys calabaricus – Wimpelaal

De Wimpelaal (Erpetoichthys calabaricus) behoort tot de familie (Polypteridae) en orde (Polypteriformes) kwastsnoeken. Het is een familie van primitieve vissen. Fossielen van Polypteridae zijn gevonden in rotsen die dateren uit de periode van 206-248 miljoen jaar geleden, het begin van de ontwikkeling van de dinosauriërs.

Deze ‘levende fossielen’ komen in een groot deel van Afrika voor. De Erpetoichthys calabaricus is de enige soort binnen het geslacht Erpetoichthys. Ze hebben een cilindrisch uitgerekt lichaam, dat op een aal of slang lijkt. Het is voorzien van een schubbenpantser. De borstvinnen zitten precies waar je bij een hagedis de poten verwacht. De vis heeft tot 11 vinstralen op de rug, zonder vinnen.

De Wimpelaal is al in 1865 door Smith beschreven. In de loop der tijd heeft hij al heel wat namen voorbij zien komen. Synoniemen zijn: Calamoichthys calabaricus, Herpetoichthys calabaricus, en Erpetoichthys robbianus. Ook in het Nederlands wordt hij af en toe nog wel anders genoemd, naast Wimpelaal wordt hij ook wel Goudaal genoemd.

Primitieve long

De zwemblaas is geëvolueerd in een primitieve long, waarmee de vis lucht van de oppervlakte kan gebruiken. Gecombineerd met de kieuwen beschikken ze hiermee over twee manieren om te ademen om zo in zuurstofarm water te kunnen overleven. Ook als het zuurstofgehalte in het water toereikend is, zal het dier regelmatig naar de oppervlakte zwemmen voor een hap lucht. Het dier zal zelfs verdrinken als het geen toegang heeft tot atmosferische lucht.

Jonge dieren hebben, net als salamanders, duidelijk zichtbare externe kieuwen. De mogelijkheid om lucht te happen geeft het dier weliswaar een een perfecte survivalkit, het brengt ook problemen met zich mee. Aangezien de dieren op gezette tijden naar de oppervlakte moeten, vormen ze een eenvoudige prooi voor slangen, vogels en roofvissen. Om die reden zijn ze qua lichaamskleur en vorm perfect gecamoufleerd, waardoor ze van boven volledig opgaan in hun habitat. Wanneer opgejaagd kan het dier zich binnen seconden volledig ingraven in het zand.

De huid is bedekt met een stevig schubbenpantser. De schubben zijn driehoekig, met een haakje aan het uiteinde, en bedekt met een hard en taai materiaal dat ook voorkomt dat er buiten het water waterverlies optreedt.

Erpetoichthys calabaricus heeft een slecht zichtvermogen en volgt grotendeels geursporen om voedsel te vinden. Hiervoor zijn ze uitgerust met buisvormige neusopeningen. Prooidieren worden langzaam beslopen en van dichtbij opgeslokt. De Wimpelaal heeft twee plaatachtige beenstructuren in de onderkaak die helpen om voedsel te kauwen.

Een Wimpelaal kan enkele uren, en in vochtige omstandigheden tot wel 2 dagen, buiten het water overleven. Met de borstvinnen stuwt de vis zichzelf dan voort over land. Deze vis zwemt reeds 70 miljoen jaar in wateren over het gehele continent. Momenteel wordt de Wimpelaal nog aangetroffen in West-Afrika, tussen Nigeria en het Congo gebied. Dit omvat Congo, Angola, Nigeria, Kamoen, Guinea en Benin. Het dier wordt maximaal 45 centimeter lang en leeft in stilstaand of licht stromend water, dat ook brak kan zijn. Het is een nachtdier dat zich voornamelijk voedt met ringwormen, kreeftachtigen en insecten.

Het behoedzame karakter, de langzame en gracieuze bewegingen en het geduldige spoorzoeken op geur laten een gemoedelijke en ongevaarlijke indruk achter. Schijn bedriegt: een hongerige wimpelaal kan zichzelf opeens met een hoge snelheid naar een prooi lanceren.

Geslachtsonderscheid bij de Wimpelaal

De mannen van Erpetoichthys calabaricus hebben 12-14 vinstralen, vrouwen hebben er 9.

Gedrag

De nieuwsgierige verschijning, gezonde honger en de hardheid maakt de Wimpelaal een vis die makkelijk en voor hele lange periode te verzorgen is. Over het algemeen zijn het rustige dieren, die best veel zwemmen en net zo vaak verscholen liggen. Ze zijn territoriaal, vallen echter nooit andere vissen lastig.  Kleinere, vooral meer langgerekte, vissen lopen echter grote kans om te worden opgeslokt. Het gezichtsvermogen van de Wimpelaal is slecht. De prooi wordt op een combinatie van toeval en reukvermogen langzaam beslopen en van dichtbij opgeslokt. Er worden ook nooit achtervolgingen ingezet op de prooi. Als het echter nodig, is kunnen ze zichzelf snel vooruit schieten. Het zijn sociale dieren die zich meer op hun gemak voelen in een groep.

Het aquarium

Een aquarium met open plekken gecombineerd met veel beschutting in de vorm van planten, rotsen of hout. Enigszins gedimd licht zorgt ervoor dat ze zich meer op hun gemak voelen en actiever zijn. Het zijn krachtige, gespierde vissen, die graag in de vegetatie schuilen en foerageren, het is daarom aan te raden planten goed vast te zetten. Holen waar de dieren in kunnen schuilen dragen bij aan het welzijn. De hoogte van de waterlijn is niet van belang, de bodemoppervlakte wel.

Jongere Wimpelalen kunnen in een kleiner aquarium vanaf 80 centimeter worden houden. De dieren groeien echter snel, waarna natuurlijk een grotere bak nodig is. Denk daarbij aan een aquarium met een minimale lengte van zo’n 160 centimeter.

Dek het aquarium stevig af en check of de kap geen spleten of openingen bevat: de dieren zijn ware ontsnappingskunstenaars. Met voldoende kracht in het lijf zijn ze in staat om afdekplaten en lichtkappen omhoog te drukken. Zorg er verder voor dat ze de mogelijkheid hebben om lucht van de oppervlakte te halen.

Geschikte medebewoners voor Wimpelalen zijn op de eerste plaats vissen die niet in de bek passen. Dit zijn onder andere:

Houd de Wimpelaal niet met agressieve vissoorten, zoals territorium vormende cichliden, slangenkopvissen (Channa) en vissoorten uit de Labeo familie. De dieren zijn namelijk niet tegen agressie bestand. Ook de combinatie met meervallen voorzien van een zuignap (bijvoorbeeld Plecostomus), werkt niet aangezien de meervallen het pantser van de Wimpelaal begrazen en daarmee vernielen. Houdt de vis ook niet met dieren die in korte tijd als het voedsel wegkapen. Wimpelalen zijn terughoudend van aard en vinden voedsel op reukvermogen. Ze zijn daardoor niet snel bij het voedsel en verhongeren bij voedselconcurrentie. De dieren zijn verder gesteld op een constante watersamenstelling. De Wimpelaal staat ook als brakwatervis geregistreerd. Het zoutgehalte mag echter nooit 1.005 overschrijden.

Voeding

De Wimpelaal is een carnivoor. Het voeren is niet moeilijk, de dieren zijn niet kieskeurig. Stukjes rundvlees, vis, stukjes garnaal, mysis, muggenlarven en regenwormen voldoen uitstekend. Het wennen aan droogvoer of diepvriesvoer is lastiger. Veel exemplaren wennen er niet aan.

Kweek van de Wimpelaal

De paring vindt parallel zwemmend plaats. Het vrouwtje dropt een aantal eitjes tussen de anaalvinnen van de man, waar ze worden bevrucht en losgelaten in de vegetatie. Daar blijven ze plakken. Dit wordt vele malen herhaald. De larven komen na 70 uur uit het ei en blijven op de vegetatie zitten. 22 dagen na het uitkomen is de dooierzak leeg en beginnen de larven zich te voeden.

Wimpelaal kopen

Even een Wimpelaal kopen is niet altijd even. Ze zijn lang niet altijd aanwezig in de winkel maar vaak wel gewoon te bestellen. Vraag voordat je hem koopt wel even of ze hem willen voeren zodat je zeker weet dat hij nog voer aanneemt. Gezonde Wimpelalen zitten vol energie en zwemt lekker rond. Als ze witte stippen of vlekken op hun lichaam hebben of als de ogen niet helder zijn de vis niet meenemen. Bekijk de vis (en de medebewoners) dan ook op je gemak voordat je de Wimpelaal koopt.

Video

Auteur

P. de Pijper

Copyright foto’s

Ben Lee, Amiidae.com
Aquariumglaser.de
Yu-Chia Chang

Hoe nuttig was dit bericht?

Klik op een ster om deze te beoordelen!

Gemiddelde waardering / 5. Stemtelling:

Tot nu toe geen stemmen! Wees de eerste die dit bericht waardeert.

Het spijt ons dat dit bericht niet nuttig voor je was!

Laten we dit bericht verbeteren!

Vertel ons hoe we dit bericht kunnen verbeteren?

Extra informatie

Familie

Geslacht

Soortnaam

calabaricus

Synoniemen

Calamoichthys calabaricus, Erpetoichthys robbianus, Herpetoichthys calabaricus

Nederlandse Namen

Goudaal, Wimpelaal

Eerstbeschrijving

John Alexander Smith

Karakter

Sociaal Gedrag

Broedgedrag

Dieet

Min. lengte aquarium in cm

80

Zone

Herkomst

Landen

, ,

Ecosysteem

, , , , , ,

Lengte Minimaal

40

Lengte Maximaal

45

Temperatuur minimaal

23

Temperatuur maximaal

28

pH minimum

6.0

pH maximum

7.5