Cyprichromis leptosoma

Cyprichromis leptosoma, ook wel haring cichlide genoemd, komt in grote scholen voor in het open water van het Tanganyika meer.

5
(2)

Cyprichromis leptosoma

Cyprichromis leptosoma werd voor het eerst beschreven door George Albert Boulenger in 1898. In het Nederlands worden de vissen in dit geslacht ook wel Haringcichlide genoemd (daar vallen dus meerdere soorten onder).

De geslachtsnaam Cyprichromis is opgebouwd uit twee delen: Cypri en chromis. Cypri- verwijst naar de morfologische (uiterlijke) gelijkenis (slanke lichaamsvorm) met de killivisfamilie Cyprinodontidae (die destijds bijna alle killivissen omvatte, inclusief slanke, maar tegenwoordig beperkt is tot de stevig gebouwde pupvissen). “chromis” is een naam die teruggaat tot Aristoteles, mogelijk afgeleid van chroemo (hinniken), verwijzend naar een trommelvis (Sciaenidae) en zijn vermogen om geluid te maken. Later werd de betekenis uitgebreid tot cichliden, juffertjes, dwergzeebaarzen en lipvissen (alle baarsachtige vissen waarvan ooit werd gedacht dat ze verwant waren), vaak gebruikt in de namen van Afrikaanse cichliden geslachten na Chromis (nu Oreochromis) mossambicus. De soortnaam leptosoma betekent dun; soma betekent lichaam, verwijzend naar het langwerpige lichaam. In het Nederlands

Samenvattend betekent de naam Cyprichromis leptosoma dus zoiets als “slanke, baarsachtige vis met een lichaam dat lijkt op dat van een killivis”.

Synoniemen: Paratilapia leptosoma, Limnochromis leptosoma

Uiterlijk, Gedrag en Levensverwachting van Cyprichromis leptosoma

Cyprichromis leptosoma heeft een slank, gestroomlijnd lichaam, vergelijkbaar met een haring, vandaar de bijnaam “Haringcichlide”. De lichaamslengte bedraagt ongeveer 8 centimeter, hoewel exemplaren tot 11 centimeter in het wild zijn waargenomen. Dit is de standaardlengte, inclusief staart is dat een totale lengte van 11 tot 14 centimeter. De basiskleur van het lichaam is zilverachtig tot blauwgrijs, met een bruingrijze tint. Mannetjes vertonen een opvallende kleurvariatie, met gele of blauw-violette staartvinnen, en soms ook gele of blauwe kleuren op de rugvin . De rugvin kan lichtblauw zijn met donkere vlekjes, of blauw met een zwarte band aan de basis. Vrouwtjes zijn over het algemeen minder kleurrijk, met onopvallende vinnen en een bruine tot beige kleur.

Cyprichromis leptosoma - Utinta
Cyprichromis leptosoma – Utinta

De belangrijkste verschillen tussen mannetjes en vrouwtjes zitten in de kleur en grootte. Mannetjes zijn groter (tot 14 centimeter) en veel kleurrijker dan de vrouwtjes (tot 11 centimeter). De mannetjes vertonen een grotere variatie in kleurpatronen dan de vrouwtjes. Gedragsmatig vormen de mannetjes driedimensionale territoria in het open water, waar ze andere mannetjes wegjagen, terwijl vrouwtjes deze territoria kunnen passeren. De voortplanting vindt plaats in het open water, waarbij het mannetje de eieren bevrucht die het vrouwtje vervolgens in haar bek opvangt .

Cyprichromis leptosoma is een vreedzame, scholenvis die in grote groepen leeft (meer dan 12 exemplaren). Het zijn actieve zwemmers die zich voornamelijk in de bovenste waterlagen ophouden , en niet gebonden zijn aan de bodem. Hoewel ze over het algemeen vreedzaam zijn, kunnen mannetjes onderling agressief zijn ten opzichte van elkaar, vooral tijdens de voortplanting. Ze zijn relatief schuw, maar een grote school vermindert deze schuwheid. De vissen zijn goede springers, dus een goed afgesloten aquarium is essentieel.

De levensverwachting in het wild is niet vermeld in de documenten. In een aquarium kunnen ze ongeveer 5 jaar oud worden .

Cyprichromis leptosoma moet niet worden verward met Cyprichromis sp. “leptosoma jumbo” , een nog niet beschreven soort die beduidend groter wordt.

De Cyprichromis leptosoma is er in vele varianten, waaronder;

  • Malasa
  • Utinta
  • Kitumba
  • Tri-color
  • Bulu-point
  • Mpimbwe

De natuurlijke habitat van Cyprichromis leptosoma

Cyprichromis leptosoma is endemisch aan het Tanganyikameer en komt van nature voor in Zambia en Tanzania. In Zambia zijn ze te vinden in het zuidelijke deel van het meer, en in Tanzania langs de oostelijke kustlijn. De verspreiding strekt zich uit over meer dan 482 kilometer langs de oostelijke kustlijn, van Kigoma in Tanzania tot Mpulungu in Zambia.

De natuurlijke habitat van Cyprichromis leptosoma bestaat uit de diepere, open watergebieden van het Tanganyikameer, vooral in de buurt van rotsachtige oevers. Er is weinig tot geen onderwaterbegroeiing aanwezig in deze gebieden. De bodem bestaat voornamelijk uit rotsachtig substraat.

Cyprichromis leptosoma wordt gegeten door grotere roofvissen, zoals Lepidiolamprologus profundicola en L. elongatus. De juveniele vissen zijn bijzonder kwetsbaar voor predatie.

Cyprichromis leptosoma – Cape Mpimbwe – Utinta Flourescent

Het dieet

Dieet in het wild

In hun natuurlijke habitat in het Tanganyikameer voeden Cyprichromis leptosoma zich voornamelijk met plankton, kleine zwevende organismen in de waterkolom, zoals kleine kreeftachtigen en insectenlarven. Ze zijn gespecialiseerde jagers met een aanpasbare bek die het mogelijk maakt om voedsel direct op te zuigen.

Dieet in het aquarium

In een aquarium is het belangrijk om een gevarieerd dieet te bieden dat hun natuurlijke voeding nabootst. Hoewel ze in het wild plankton eten, kunnen ze in gevangenschap worden gevoerd met verschillende soorten hoogwaardig droogvoer (vlokken, korrels), afgewisseld met levend of diepvriesvoer zoals artemia (pekelkreeftjes), daphnia (watervlooien) en cyclops. Het is belangrijk om te zorgen dat het voer niet te snel zinkt, aangezien ze voornamelijk zwevend of langzaam zinkend voer eten. Kleine porties meerdere keren per dag zijn beter dan één grote maaltijd om watervervuiling te voorkomen.

Het Aquarium

Voor een school van 12 Cyprichromis leptosoma (4 mannetjes en 8 vrouwtjes) is een aquarium van minimaal 180 centimeter lengte aan te raden. Een grotere groep vereist een nog groter aquarium. De inrichting moet vooral gericht zijn op voldoende vrije zwemruimte, aangezien het actieve zwemmers zijn die zich in de bovenste waterlagen ophouden. Hoewel rotsen kunnen worden gebruikt om kleine uitlopers of steile wanden te creëren, is een open opstelling belangrijker dan uitgebreide beplanting of rotspartijen. Planten kunnen wel worden toegevoegd, maar ze zijn niet essentieel. Vermijd scherpe objecten op de bodem om verwondingen te voorkomen, aangezien de vissen bij schrik naar de bodem schieten. Een goed afgesloten deksel is essentieel, omdat het goede springers zijn.

De ideale waterwaarden zijn een temperatuur tussen de 24 en 26°C, een pH van 8.5 tot 9.0 en een hardheid (GH) van 8 tot 25°dH.

Cyprichromis leptosoma is een vreedzame soort die goed samengaat met andere vreedzame cichliden uit het Tanganyikameer die verschillende delen van het aquarium bewonen, zoals Julidochromis of Altolamprologus (rotsbewoners) en schelpbewonende soorten. Voorbeelden van geschikte medebewoners zijn Tanganicodus irsacae, Synodontis petricola, Telmatochromis vittatus, Neolamprologus leleupi, Julidochromis ornatus, Xenotilapia ochrygenys, Eretmodus cyanostictus, Julidochromis transcriptus, Chalinochromis brichardi, Lamprologus ocellatus, Neolamprologus brichardi, en Neolamprologus multifasciatus .

Kweek van de Cyprichromis leptosoma

De kweek van de Cyprichromis leptosoma is niet al te moeilijk. De man bezet in het open water een drie dimensionaal territorium. Met hun kop naar beneden lokken ze de vrouw naar hun territorium. Ze De zetten de eieren dicht onder het wateroppervlak af. De vrouw vangt de eieren in haar bek op, hierna bevrucht de man ze. Het aantal eieren is relatief klein, afhankelijk van de ervaring van de vrouw zo’n 5 tot 20 stuks.

cyprichromis leptosoma utinta vrouw met bek vol
cyprichromis leptosoma utinta vrouw met bek vol

De eieren komen na enkele dagen uit. De jonge visjes teren dan nog op hun eidooierzak. Pas 3 weken na het afzetten van de eieren verlaten de jongen de bek van de moeder en zijn verder op zich zelf aangewezen. De jongen blijven in de bovenste waterlagen en worden door de ouders met rust gelaten.

In een aquarium met andere vissoorten, eindigen de meeste jonge Cyprichromis leptosoma meestal als voer. Als je grotere aantallen van deze soort wil opkweken is een speciaal aquarium zonder andere vissoorten aan te raden.

Je kunt de jongen voeren met artemia en ander klein levend voer. Wissel het levend voer af met wat fijn gewreven vlokvoer.

Bijzonderheden

  • Kleurvarianten: Er bestaan verschillende geografische kleurvarianten van Cyprichromis leptosoma, zoals ‘Ikola’, ‘Karilani’, ‘Kigoma’, ‘Mpulungu’, en ‘Utinta/Malasa’. Binnen deze varianten zijn er zowel blauwstaartige als geelstaartige mannetjes te vinden. De mannetjes van de “blue flash” varianten vertonen een opvallende blauwe of paarse streep op de bovenkant van hun lichaam. De “jumbo” varianten kunnen tot wel 15 cm lang worden.
  • Voedselspecialisatie: De bek van Cyprichromis leptosoma is speciaal aangepast om kleine voedseldeeltjes direct op te zuigen. Ze gebruiken een krachtig zuigmechanisme, waarbij de snelle expansie van de bekholte een vacuüm creëert. Hun buiten tanden zijn niet erg sterk, maar ze hebben wel keel tanden om het voedsel te vermalen. Ze zijn zeer efficiënte jagers en kunnen zelfs de kleinste voedseldeeltjes in de waterkolom opsporen.
  • Gedrag in gemeenschap: In het wild leven ze in scholen van duizenden individuen. In een aquarium gedijen ze het beste in groepen van minimaal twaalf of meer. Een grotere groep vermindert hun schuwheid. Mannetjes vormen driedimensionale territoria in het open water, maar vrouwtjes kunnen deze passeren. De aanwezigheid van Cyprichromis leptosoma kan andere cichliden aanmoedigen om meer tijd in het open water door te brengen in plaats van zich te verschuilen in rotsen of schelpen.
  • Kweekgedrag (aanvullende informatie): De voortplanting vindt plaats in het open water, waarbij het mannetje een “headstand” uitvoert tijdens het hofmakerijritueel. Het vrouwtje legt één ei tegelijk af, dat ze vervolgens in haar bek opvangt. De gele uiteinden van de buikvinnen van het mannetje zouden de vrouwtjes naar de voortplantingsopening kunnen leiden. De vrouwtjes synchroniseren hun paaien, waardoor meerdere vrouwtjes tegelijkertijd hun eieren afzetten. Na ongeveer drie weken worden de jongen vrijgelaten. De moeder biedt geen verdere bescherming aan de jongen, maar noch zij noch andere volwassen vissen proberen de jongen op te eten.
  • Veilige zone voor jongen:Jonge Cyprichromis leptosoma zoeken in het Tanganyikameer vaak beschutting in de nesten van de roofvis Lepidiolamprologus profundicola. De vrouwelijke L. profundicola verdedigt haar nest actief tegen andere roofvissen, waardoor de jonge C. leptosoma bescherming krijgen tegen predatie. Deze relatie wordt beschouwd als commensalisme: de C. leptosoma profiteren van de bescherming, terwijl de L. profundicola er geen voordeel of nadeel van ondervindt . Zodra de vrouwelijke L. profundicola het nest verlaat, neemt het risico op predatie voor de jonge C. leptosoma aanzienlijk toe . De jonge C. leptosoma gebruiken het broedterritorium van L. profundicola dus als een veilige zone tegen potentiële predatoren.
  • Maancyclus bij het paaien: In het wild paaien ze gelijktijdig, ze volgen daarbij de cyclus van de maan.
  • Overige bijzonderheden: Ze zijn goede springers, dus een goed afgesloten aquarium is essentieel. Ze zijn gevoelig voor slechte waterkwaliteit, maar relatief robuust vergeleken met andere Tanganyikameer cichliden. Ze zijn niet gebonden aan de bodem en leven in de midden- en bovenste waterlagen.
Cyprichromis leptosoma – Mahale Mountains

Conclusie

Cyprichromis leptosoma, ook wel bekend als de Haring Cichlide, is een fascinerende en relatief makkelijk te houden Tanganyika cichlide, mits aan enkele specifieke eisen wordt voldaan. Hun vreedzame aard en scholengedrag maken ze geschikt voor een gemeenschapsaquarium, maar een ruim aquarium met voldoende open zwemruimte is essentieel. Een grote groep (minimaal 12 exemplaren) is aan te raden om hun natuurlijke gedrag te stimuleren en schuwheid te verminderen. De juiste waterparameters (hard, alkalisch water) en een gevarieerd dieet zijn cruciaal voor hun welzijn en voortplanting. Hoewel de kweek relatief eenvoudig is, vereist het wel kennis van hun specifieke voortplantingsgedrag.

Ondanks hun relatieve gemakkelijke verzorging, zijn ze geen absolute beginnersvissen. Hun behoefte aan specifieke waterwaarden en een ruim aquarium, gecombineerd met hun gevoeligheid voor slechte waterkwaliteit, vereist enige ervaring in aquariumhouden. Het meest opvallende gedrag is hun openwater voortplanting en het ontbreken van ouderlijke zorg na het vrijzwemmen van de jongen. Mijn ervaring met deze soort is over het algemeen positief; ze zijn relatief robuust en belonen de aquariaan met hun prachtige kleuren en actieve gedrag, mits aan hun behoeften wordt voldaan.

Cyprichromis leptosoma Varianten

Cyprichromis leptosoma “Bulu Point”

De Cyprichromis Leptosoma ‘Bulu Point’ begint langzamerhand erg veel interesse te verkrijgen bij de Tanganyika liefhebbers, mede omdat de ‘bulu point’ een wat kleinere soort is binnen de leptosoma familie en al goed te houden is in aquaria vanaf 120 cm, maar bovenal vanwege de vele kleurscharkeringen in de school.Bij de mannelijke Bulu Points kunnen we namelijk al 2 varianten onderscheiden, te weten;

  • Blauwe mannen (Blue flash), deze zijn helemaal blauw
  • Gele mannen (Yellow tale), herkenbaar aan een gele staart

De hieronderafgebeelde exemplarenzijneen “Gele man” en een “Blauwe man”

Cyprichromis leptosoma ‘Cape Mpimbwe’

Cyprichromis leptosoma ‘Kekese’

Cyprichromis leptosoma 'Kekese'
Cyprichromis leptosoma ‘Kekese’

Cyprichromis leptosoma ‘Mahale Mountains NP’

Cyprichromis leptosoma ‘Mbita Island’

Cyprichromis leptosoma 'Mbita Island'
Cyprichromis leptosoma ‘Mbita Island’

Cyprichromis leptosoma ‘Miyako Point’

Cyprichromis leptosoma 'Miyako Point'
Cyprichromis leptosoma ‘Miyako Point’

Cyprichromis leptosoma ‘Utinta’

De Cyprichromis leptosoma ‘Utinta’ is de meest gehouden leptosoma variant. Ook in het wild heeft hij de grootste verspreiding van alle cyprichromis soorten. Hij komt voor van Utinta Bay tot Samazi in Tanzania. Net als bij de andere leptosoma varianten heeft de Utinta per kolonie, twee verschillend gekleurde mannen:

  • BlueFlash: geheel blauwe mannen (alleen de buikvinnen zijn geel gekleurd)
  • Yellow Flash: blauwe lichaam met een gele staart (ook hier met gele buikvinnen)

Video

Auteur

John de Lange

Copyright foto’s

J. de Lange
Matthijs Meindertsma
Sue – Suephotos.com (originele website niet meer beschikbaar)
AfricanDivingLtd.com – African Diving
M. Kwolek-Mirek – Suephoto (originele website niet meer online)
Evert van Ammelrooy
Mattia Matarrese

Referenties

Watanabe, Takeshi. (2000). “The nesting site of a piscivorous cichlid Lepidiolamprologus profundicola as a safety zone for juveniles of a zooplanktivorous cichlid Cyprichromis leptosoma in Lake Tanganyika”.
Watanabe, Takeshi. (2000). “Lunar cyclic spawning of a mouthbrooding cichlid, Cyprichromis teptosoma, in Lake Tanganyika”.

Hoe nuttig was dit bericht?

Klik op een ster om deze te beoordelen!

Gemiddelde waardering 5 / 5. Stemtelling: 2

Tot nu toe geen stemmen! Wees de eerste die dit bericht waardeert.

Omdat je dit bericht nuttig vond...

Volg ons op sociale media!

Het spijt ons dat dit bericht niet nuttig voor je was!

Laten we dit bericht verbeteren!

Vertel ons hoe we dit bericht kunnen verbeteren?

Extra informatie

Familie

Geslacht

Soortnaam

Synoniemen

,

Eerstbeschrijving

Karakter

Sociaal Gedrag

Broedgedrag

Dieet

Min. lengte aquarium in cm

Zone

Herkomst

Landen

, , ,

Ecosysteem

Lengte Minimaal

Lengte Maximaal

Temperatuur minimaal

Temperatuur maximaal

pH minimum

pH maximum

GH minimum

GH maximum