De Crenuchus spilurus – Zeilvin Tetra
De Crenuchus spilurus is al in 1863 beschreven door Günther. In het Nederlands worden ze ook wel Zeilvin Tetra genoemd.
De familienaam Crenuchidae en ook de geslachtsnaam Crenuchus zijn afgeleid van het Griekse woord “Krenoychos” de god van het stromende water, bewaker van de waterbron. De soortnaam spilurus bestaat uit twee oud Griekse woorden: “spilos” betekend “vlek” en “oura” betekend “staart”, een verwijzing naar de donkere vlek op de staartwortel. De spilurus is de enige soort binnen het Crenuchus geslacht.
In de handel wordt de Zeilvin Tetra niet vaak aangeboden. Als je ze wil houden dan kun je ze het best bestellen bij de gespecialiseerde aquarium winkel.
Beschrijving
De mannelijke Crenuchus spilurus kunnen een totale lengte van zo’n 8 centimeter bereiken. Ze zijn veel feller gekleurd dan de vrouwen. De rug- en anaalvin worden feller rood en worden veel langer dan die van de vrouwen. De vrouwen blijven kleiner en zijn veel valer van kleur. Wat opvalt is de donkere vlek op de staartwortel waaraan deze soort zijn wetenschappelijke soortnaam heeft te danken.
De Crenuchus spilurus is een wat schuwe vissoort. De mannen bezetten een territorium waar ze andere mannen uit verjagen. Meestal gebeurd dit door schijngevechten waar zelden gewonden of slachtoffers bij vallen.
In het aquarium bevolken ze doorgaans de onderste en middelste waterlagen.
Biotoop
Lange tijd werd gedacht dat de Crenuchus spilurus alleen voorkwam in het stroomgebied van de Rio Essequibo, de type locatie. Later ontdekte men dat het verspreidingsgebied veel groter is. Ze komen namelijk ook voor in het stroomgebied van de Amazone, Rio Orinoco, en rivieren in Frans Guyana en Suriname.
De Zeilvin Tetra bewoont daar de riviertjes, stroompjes, kreekjes en in het regenseizoen de ondergelopen bosgronden. Ze geven de voorkeur aan een omgeving met overhangende vegetatie, in het water hangende takken, wortels en een zanderige bodem met daarop afgevallen bladeren. Het water waarin ze van nature leven is thee kleurig door de tannines in de ontbindende bladeren. Het water is zeer zacht met een GH van 1 tot 5 en een pH tussen de 4 en 6,5.
Door zijn grote verspreidingsgebied is er in de loop der tijd wel wat variatie in de tekening van de populaties ontstaan. De soort is niet echt heel zeldzaam in het wild maar door hun territoriale gedrag komen ze nergens in grote aantallen voor. De Crenuchus spilurus commercieel vangen is dan ook niet zo heel interessant, ze leven veelal solitair en te ver uit elkaar om ze bij elkaar te gaan zoeken.
Dieet
In het wild voedt deze kleine jager zich met kleine ongewervelden en zoöplankton maar een klein visje zullen ze zeker niet laten schieten.
Hou er in het aquarium dan ook rekening mee dat het voornamelijk een vleeseter is. Je kunt ze voeren met levend of diepvries voer zoals watervlooien, cyclops, artemia, tubifex etc. Eenmaal gewend aan ons voer zullen ze ook wel vlokvoer eten maar dit mag nooit hun hoofdvoer zijn.
Het Crenuchus spilurus Aquarium
Hoewel de Zeilvin Tetra een rustige en zelfs wat timide Tetra is, kun je ze beter niet houden in een gezelschapsaquarium.
In een aquarium vanaf zo’n 80 à 90 centimeter kun je één man houden met meerdere vrouwen. Meer mannen kan ook maar dan heb je wel een groter aquarium nodig en zorgen voor enkele grote stukken hout die de zichtlijnen breken.
Als bodemmateriaal wordt (filter)zand geadviseerd. Richt het verder in met hout en takken. Op de bodem kun je gedroogde bladeren plaatsen om de natuurlijke uitstraling af te maken.
De Crenuchus spilurus houdt van wat gedempt licht. Je kunt hiervoor wat drijfplanten gebruiken en bijvoorbeeld filteren over turf. Turf kan je ook helpen bij het omlaag brengen van de pH.
De Zeilvin Tetra is erg gevoelig voor vervuiling, zorg dus voor een strikt waterverversingsschema. Hevel overtollig voer en afval direct af van het zand om het water schoon te houden. De meeste problemen met de gezondheid van Zeilvin Tetra’s worden veroorzaakt door slechte water kwaliteit.
Vissen die zich wel laten combineren met de Crenuchus spilurus zijn rustige Characidae van vergelijkbare grootte. Je kunt ze uiteraard ook combineren met meervallen uit de familie Callichthyidae en Loricariidae.
Vissen die je beter niet kunt combineren zijn heel drukke en agressieve vissoorten. Ook kleine visjes zijn niet aan te raden, alles wat in de bek past zal worden gezien als voer.
De temperatuur van het water mag liggen tussen de 20 en 28 graden en het water mag zuur tot lichtzuur zijn met een pH van 4.0 tot 6.5. Van nature komen ze voor in zeer zacht water met een GH van 1 tot 5.
Crenuchus spilurus kweken
Het kweken met de Crenuchus spilurus is mogelijk in een gemend aquarium. De jongen hebben dan meestal niet veel kans om te overleven doordat ze als voer worden gezien door de andere vissen. Je maakt meer kans met een kweekaquarium met alleen deze soort erin. Richt dit aquarium in zoals het eerder beschreven biotoop maar zorg wel dat je een sponsfilter gebruikt om te voorkomen dat de jongen in het filter belanden.
Het zijn net als Apistogramma holenbroeders. In een grot worden de eieren tegen het plafond aangeplakt. Zorg daarom voor wat holen waar de man een territorium kan maken. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld een halve kokosnoot, een terracotta pot of gewoonweg een aantal bladeren op de bodem. Als de man zijn plekje heeft gevonden baltst hij de vrouwen met veel vin vertoon aan, net zolang tot ze willen paren en hem volgen naar zijn hol.
De vrouw zet ongeveer 100 eieren af tegen het plafond van de grot die door de man worden bevrucht. Na het afzetten wordt de vrouw door de man weggejaagd. De man bewaakt en bewaaierd de eieren totdat ze na 36 tot 48 uur uitkomen.
De pas uitgekomen Zeilvin Tetra’s kunnen na 4 tot 6 dagen vrij zwemmen. Je kunt nu beginnen met voeren. Jonge Crenuchus spilurus zijn groot genoeg om te worden gevoerd met microwormen, Walterwormen en Artemia. Nu zit ook de taak van de man er op en moeten de jongen voor zichzelf gaan zorgen. De jonge Crenuchus spilurus zijn doorgaans veilig bij hun ouders maar het blijven kleine jagers. Houdt ze dan ook goed in de gaten om ze van elkaar te scheiden indien nodig.
Bij deze soort is het normaal dat de eerste paar legsels worden opgegeten. De man moet echt leren voor de eieren te zorgen. Het is nog niet gelukt de eieren kunstmatig op te kweken, je hebt daar echt het mannetje voor nodig….en het is natuurlijk net zo leuk om het natuurlijk gedrag van je vissen te kunnen zien.
Conclusie
De Zeilvin Tetra is niet echt geschikt voor de beginnende aquariaan. De inrichting van het aquarium, de medebewoners en ook het onderhoud moeten met zorg worden omkleed. Ze worden in de handel zelden aangeboden maar voor de gevorderde aquariumhouder is dit een leuke soort, zeker gezien het broedgedrag en wellicht een keer een kweekpoging waard!
Video’s
Auteur
John de Lange
Copyright foto’s
Michael Negrini – Pisciculture d’Estalens (originele website niet meer beschikbaar)