Crenicichla lepidota
De Crenicichla lepidota heeft nog geen Nederlandse naam. Ze werden al in 1840 door Heckel voor het eerst beschreven. De geslachtsnaam is gebaseerd op latijn: crena betekent inkeping, Cichla is cichlide; lepidota betekend met beschubde oren, of in dit geval beschubde kieuwdeksel. Synoniem: Crenicichla edithae.
Beschrijving
De Crenicichla lepidota heeft een lang gerekt, torpedo-achtig lichaam. hun snuit loopt uit in een punt. De bovenste helft is olijf-groen tot grijs-bruin gekleurd, afhankelijk van de vangstlocatie, er zijn heel wat verschillende kleurvarianten. De onderkant is wit tot geel/wit van kleur. In de vinnen kan blauw of rood voorkomen. Vanaf de lippen door het oog naar de staart loopt een donkere streep. Boven de streep kunnen ze wat donkere stippen hebben. Vlak achter de kieuwen zit een zwarte vlek, net als op de staartwortel. De buikpartij kan rood kleuren bij geslachtsrijpe vrouwen. De iris van het oog is rood.
Het gedrag van de Chrenicichla lepidota naar elkaar toe is te omschrijven als zeer agressief, zelfs de jongen kunnen elkaar nog afmaken als ze niet voldoende ruimte krijgen. Andere (grotere) soorten met een andere lichaamsbouw laten ze veelal gewoon met rust, behalve in de paartijd. Ze zijn dan extreem territoriaal. Een koppel is in het aquarium te houden mits deze minimaal 3 meter lang is en is voorzien van voldoende schuilplaatsen. Ze bewonen doorgaans de bodem tot halverwege het aquarium.
Biotoop
Het verspreidingsgebied van de Chrenicichla lepidota is enorm. Ze komen voor in Paraguay, Uruguay, Bolivia, Brazilië tot aan Noord Argentinië. Ze leven in de rivieren tussen het hout nabij de bodem. Hier zoeken ze schuilplaatsen uit vanwaaruit ze kunnen toeslaan als prooidieren langs zwemmen.
Dieet
De Chrenicichla lepidota is een echte jager. Wildvang exemplaren kun je voeren met levende visjes, afhankelijk van hun grootte van jonge guppen tot goudvissen. Je kunt ze overwennen aan cichliden korrels maar wissel dit wel af met diepvriesvoer en bijvoorbeeld stukjes diepvries vis.
Het Aquarium
Dit worden flink grote vissen die dan ook een aquarium nodig hebben die bij hun grootte past. Denk hierbij aan een aquarium van 300 centimeter. Het aquarium moet worden ingericht met veel schuilplaatsen in de vorm van hout en/of rotsen. Zorg dat dit goed vastligt omdat de Crenicichla lepidota hiertussen of onder een hol graaft. De bodem kan hierom het best bestaan uit zand zodat ze zichzelf niet verwonden bij het graven. Het aquarium moet verder voorzien zijn van een goed afgesloten kap. Deze vissen willen nog wel eens springen.
Ververs bij de Crenicichla lepidota veel en vaak water, ze kunnen slecht tegen vervuiling. Zorg ook voor voldoende stroming zodat er veel zuurstof in het water kan oplossen.
De medebewoners van de Chrenicichla lepidota kunnen bestaan uit andere grote cichliden, deze moeten in ieder geval groter zijn dan de lepidota en niet dezelfde vorm en kleur hebben.
Dieet
De Crenicichla lepidota is een echte jager. Wildvang exemplaren kun je voeren met levende visjes, afhankelijk van hun eigen grootte kan dat variëren van jonge guppen tot goudvissen. Je kunt ze overwennen aan cichliden korrels maar wissel dit wel af met levendvoer, diepvriesvoer en bijvoorbeeld stukjes diepvries vis.
Het Aquarium
Dit worden flink grote vissen die dan ook een aquarium nodig hebben die bij hun grootte past. Denk hierbij aan een aquarium van 300 centimeter. het aquarium moet worden ingericht met veel schuilplaatsen in de vorm van hout en of rotsen. Zorg dat dit goed vast ligt omdat de Crenicichla lepidota hiertussen of onder een hol graaft. De bodem kan hierom het best bestaan uit zand zodat ze zichzelf niet verwonden bij het graven. Het aquarium moet verder voorzien zijn van een goed afgesloten kap. Deze vissen willen nog wel eens springen.
Ververs bij de Crenicichla lepidota veel en vaak het water. Ze kunnen slecht tegen vervuiling. Zorg ook voor voldoende stroming zodat er genoeg zuurstof in het water kan oplossen.
Kweek Aquarium en Conditioneren
Zorg voor een aquarium waarin de ouderdieren een hol kunnen graven. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld een groot stuk hout op een zandbodem of enkele op elkaar gestapelde grote stenen. Bevestig de stenen of het hout dusdanig dat het niet in kan storten als de vissen er een hol onder graven.
De waterwaardes waarbij de kweek het beste lukt zijn een pH van 6,5 a 7, een KH van 2 tot 6 en een temperatuur tussen de 24 en 28 graden.
De ouders kunnen in conditie worden gebracht door ze goed te voeren met proteïnerijk voer zoals levende visjes.
Het afzetten
Zodra het paar klaar is om af te zetten worden de kleuren intenser. Het vrouwtje bakent een territorium af in de buurt van een geschikt hol om te paaien. Het hof maken gebeurd op een zeer agressieve manier. Het koppel maakt hierna het hol klaar om de eieren af te zetten.
Het legsel, wat uit wel 1000 eieren kan bestaan, wordt afgezet aan het plafond van het hol. De wittige eieren worden aan een draadje opgehangen. Het vrouwtje zorgt in het hol voor het legsel terwijl de man de omgeving fel verdedigd. Het is dan ook beter om tijdens de broedperiode andere vissen te verwijderen om slachtoffers te voorkomen.
Opgroeien van de Jongen
De eieren komen na vier tot vijf dagen uit. Na elf tot dertien dagen kunnen de jongen vrij zwemmen. Vanaf dit moment wordt de broedzorg verdeeld over de man en vrouw. De jongen kunnen als ze nog heel klein zijn worden gevoerd met vers uitgekomen artemia. Naarmate ze groter worden kan het voer worden aangepast naar wat groter levend of diepvries voer.
Conclusie
De Crenicichla lepidota is een aantrekkelijke soort, zeker als ze volwassen zijn laten ze fraaie kleuren zien. Tijdens de paaitijd zijn medebewoners helaas niet veilig, een speciaal aquarium alleen voor deze soort of een zeer groot aquarium van 3 meter of meer is dan ook aan te bevelen. Vooral de broedzorg is bij deze soort zeer fascinerend om te volgen!
Auteur
John de Lange
Copyright foto’s
John de Lange