Corydoras burgessi
Corydoras burgessi is in 1987 beschreven door Axelrod. Ze behoren tot de familie Callichthyidae. Deze familie omvat zo’n negen geslachten en 206 soorten. Deze familie zal nog wel groter worden aangezien er nog een heel aantal Corydoras soorten niet officieel zijn beschreven.
De wetenschappelijke naam geslachtsnaam Corydoras is op te breken in twee delen. Cory = helm en dors = huid. Deze soort is vernoemd naar Dr. Warren Burgess.
Beschrijving
Deze vreedzame bodembewoner moet in een schooltje van minimaal 6-8 stuks worden gehouden. Ze zijn uitstekend geschikt voor het gezelschapsaquarium. Een dichte beplanting aan de randen en achtergrond wordt zeer op prijs gesteld.
Op de bodem gebruik je het liefst afgerond (filter) zand. Met hun baarddraden grondelen ze door het substraat. Bij het gebruik van scherp zand of scherp grind kunnen ze hun baarddraden beschadigen. De beschadigingen zorgen voor ontstekingen waarbij ze soms zelfs hun complete baarddraden verliezen. Het is daarom beter om ze op niet scherp zand te houden. De baarddraden groeien overigens zodra ze weer op zand gehouden worden, langzaam terug.
Vervoer van Corydoras
Corydoras soorten hebben een giftig zelfverdedigingsmechanisme om te voorkomen dat ze worden opgegeten door grotere vissen. In geval van gevaar kunnen ze de stekels in hun rugvin en borstvinnen uitspreiden en op slot zetten. Hierdoor blijven ze in de bek of keel van de aanvaller steken waardoor een andere vis het wel uit zijn hoofd laat om een Corydoras te willen doorslikken.
Ook bij het uitvangen van een Corydoras met een netjes blijven ze geregeld met deze stekels in het netje hangen. Pas op bij het losmaken, als de stekel in je huid komt kan hij gedeeltelijk afbreken en in de huid achterblijven. Deze wondjes zijn pijnlijk en gaan vaak ontsteken.
Gif
Naast de puntige stekels kunnen Corydoras een gifstof afgeven aan het water wanneer ze gestresst zijn of in gevaar verkeren. Bij vervoer in een te kleine hoeveelheid water of teveel Corydorassen in de kleine ruimte kan dit leiden tot snelle sterfte onder de vissen. Vervoer de Corydoras dus bij voorkeur alleen met andere Corydorassen en met niet teveel in één zak.
De gifklieren van Corydoras bevinden zich in de huid tussen de vertandingen op de voorste vinstraal van de borstvinnen en de rugvin. Wanneer ze door een andere vis worden aangevallen, zetten ze deze vinstralen op slot. De huid rondom deze vinstralen raakt beschadigd waarbij het gif vrijkomt. Zie de bijgaande foto van een meerval uit de Doradidae familie met gelijksoortige gifklieren.
Dieet
Corydoras burgessi zijn alleseters. Er kan dus gezorgd worden voor voldoende variatie in het menu.
Kweek van de Corydoras burgessi
De kweek in het aquarium verloopt zoals bij de meeste andere Corydoras soorten. Na een flinke waterverversing worden de eieren tegen de wand van het aquarium geplakt. Na vier dagen komen de eieren uit en nog eens drie dagen later zwemmen de jongen vrij. Ze kunnen dan worden groot gebracht met infusoriën en Artemia-naupliën.
Auteurs
Jan Bukkems – Aquavisie
John de Lange
Copyright foto’s