Chilatherina bleheri – Bleher’s Regenboogvis
Chilatherina bleheri is een zeer aantrekkelijke Regenboogvis. Ze hebben doorgaans een zilverachtige of groenige lichaamskleur op de achterhelft van de bovenkant, naar achteren toe vervagend naar pasteltinten geel of rood. De schubben op de voorste helft van het lichaam, vooral die in de buurt van de rugvin, hebben brede geelgroene randen; de eerste rugvin is houtskool grijs; de tweede rugvin grijs doorweven met rood; staart- en anaalvinnen rood; buikvinnen roodachtig aan voorzijde met het restant wit of doorschijnend; borstvinnen doorschijnend. De onderste helft van het lichaam is wit met een serie flauwe verticale donkere markeringen. Vrouwen missen de levendige rode tinten en zijn hoofdzakelijk zilverachtig of blauw-blauwachtig verlopend tot grijs of groenig-bruin. Mannen tonen een heldere geeloranje streep in het midden van het voorhoofd tijdens het paaien. Mannen halen een maximale maat va 12cm, terwijl vrouwen doorgaans onder de 10cm blijven.
Chilatherina bleheri zijn voornamelijk carnivoor, zich voedend met een breed scala aan land- en waterinsecten, insectlarven en kleine water schaaldieren. Algen en in het water gekomen stuifmeel en pollen worden ook gegeten.
Verspreiding en leefgebied
Chilatherina bleheri zijn verzameld van de begroeide kustlijn en toelopende stromen van Holmes meer (Danau Bira) gelegen in de Mamberano regio van West Papua. Holmes meer is samengesteld uit drie onderling verbonden meren gelegen op een hoogte van ongeveer 430 meter boven zeeniveau en gelegen in de uitlopers van het Wees gebergte, ongeveer 290 kilometer ten westen van Jayapura, de hoofdstad van West Papua. De meren liggen binnen een radius van 6 à 7 kilometer van het hoofdmeer, met een lengte van ongeveer vier en een halve kilometer en een maximale breedte van ongeveer 2 kilometer. De meren komen uit in een kleine stroom, die uitloopt in de Mamberamo rivier op een punt ongeveer 15 kilometer direct naar het noorden. Het meer en de omringende kreken worden bewoond door 11 soorten vissen, waaronder één andere Regenboogvis, Melanotaenia maylandi.
Het Aquarium
Voor deze vissen is een aquarium nodig van 1 meter. De bak inrichten met een donkere bodem, losse randbeplanting die tot het wateroppervlak reikt, en een paar drijfplantjes. Ze hebben wel veel zwemruimte nodig. Wat sterkere stroming wordt wel op prijs gesteld, de bak mag op een zonnige plek staan.
Water
Temperatuur: 23-27 graden.
PH: 7-8,5
GH: 8-16
Voeding
Het zijn alleseters, zowel levend voer als diepvriesvoer, ook droogvoer kan gegeven worden. Levend voer zoals muggenlarven, watervlooien, fruitvliegjes, artemia en cyclops.
Karakter
Het zijn levendige en vreedzame vissen geschikt voor in een gezelschapsaquarium. Het beste kunnen ze in een groepje gehouden worden. Je kunt ze samen houden met andere levendige vissen van dezelfde grootte.
Kweek van de Chilatherina bleheri – Bleher’s Regenboogvis
De kweek is vrij eenvoudig, gebruik een ruime kweekbak met fijnbladige planten zoals Javamos.
De eitjes worden tussen de planten afgezet gedurende een paar dagen. Na de eiafzetting kun je het beste de ouders uitvangen. De jongen komen ongeveer na 8 dagen uit, je kunt ze opkweken met stofvoer of pas uitgekomen artemia. Regelmatig water verversen.
Opmerkingen
Levende exemplaren van deze soort werden aanvankelijk verzameld door Gerald Allen en Heiko Bleher in 1982. Toen ze voor het eerst werden gevangen werd gedacht dat het om een andere kleurvariant van Chilatherina fasciata ging. De twee soorten verschillen hoofdzakelijk in de maat van de schubben en de mannelijke kleuring. Chilatherina bleheri hebben kleinere schubben.
Echter, in 1985 werden ze door Gerald R Allen als een nieuwe soort beschreven en vernoemd ter ere van Heiko Bleher, een zeer bekende visverzamelaar.
Auteur
Adrian R. Tappin – Home of the Rainbowfish
Vertaling
Jan Altink
Copyright foto’s
Neil Armstrong
Literatuur
Allen G. R. (1985). Three New Rainbowfishes (Melanotaeniidae) from Irian Jaya and Papua New Guinea. Revue Française d’Aquariologie 12 (2): 53-62.
