Chilatherina alleni – Allen’s Regenboogvis
Chilatherina alleni hebben een bovenste lichaamshelft die bruinachtig is en naar achteren toe naar turkoois verloopt, waarbij elke horizontale schubbenrij gescheiden wordt door een smalle bruine of flets oranje streep. De mid-laterale streep is donkerblauw, en neemt ongeveer twee horizontale schubrijen in beslag, van de bovenste achterkant van het oog tot aan de basis van de staartvin, onderbroken aan de onderrand door ongeveer vijf witte inkepingen in het gebied net na de borstvin. De onderste helft van het lichaam is voornamelijk donker zilver, afgezien van een intens witte streep met een onderrand in flets oranje direct onder de mid-laterale streep. Op het onderlichaam tussen buikvinbasis en vinoorsprong zijn vier tot vijf vervagende houtskoolkleurige dwarsstrepen zichtbaar.
De eerste rugvin is lichtblauw; de tweede rugvin en anaalvinnen doorschijnend blauwachtig, naar de randen toe roodachtig wordend. Staartvin doorschijnend roodachtig. Borstvinnen en buikvinnen hoofdzakelijk doorschijnend. Vrouwen ietsje minder intensief met mediaanvinnen hoofdzakelijk doorschijnend tot blauwachtig zonder enig rood. Afgezien van het vermelde kleurverschil zijn mannen doorgaans breder gebouwd dan de vrouwen. In aanvulling daarop; de tweede rug- en anaalvin zijn stomp bij vrouwen en ietwat verlengd en puntig bij mannen. Er is een wijde variatie in kleuren van dit soort, afhankelijk van het leefgebied. Eén variatie heeft een roodachtige rug, rode vinnen en een helder gele streep in het midden van het lichaam.
Chilatherina alleni kan een maximum afmeting van 9 centimeter bereiken, maar blijft gewoonlijk onder de 7cm. Mannen zijn doorgaans groter en breder gebouwd dan de vrouwen.
Verspreiding en Leefomgeving
Chilatherina alleni werd verzameld in een zijrivier van de Aiborei rivier, welke een onderdeel is van het Siriwo stroomgebied in de Centrale Hooglanden ten zuidoosten van Cenderawasih Baai. De rivier is ongeveer vijf meter breed, met een maximale diepte van ongeveer 1 meter, hoewel de meeste poelen waar Chilatherina alleni de voorkeur aan geeft niet meer dan 70cm diep zijn. Het substraat bestaat uit grind en rotsen. Het water is koud en helder en stroomt snel neerwaarts van de bergen naar het dorpje gelegen nabij de vliegbaan. In november 1994 was de pH van het water 7,0.
Opmerkingen
Vernoemd ter ere van Gerald R. Allen, als erkenning van zijn briljante bijdrage aan ichtyologie en zijn enorme toewijding aan de studie en bescherming van de aquatische fauna van Nieuw Guinea. Deze soort is momenteel niet beschikbaar in de aquariumhobby.
Auteur
Adrian R. Tappin – Home of the Rainbowfish
Vertaling
Jan Altink
Copyright foto’s
Gerald Allen
Literatuur
Price, D. S. (1997). Chilatherina alleni, a new species of rainbowfish (Melanotaeniidae) from Irian Jaya. Revue française d’Aquariologie 24(3-4): 79-82.
Beoordelingen
Er zijn nog geen beoordelingen.