Betta fusca
Betta fusca is in 1910 officieel beschreven door Regan. De soortnaam fusca komt uit het Latijn en
refereert naar de donkere, zwarte kleur van de vinnen in geprepareerde exemplaren.
Herkomst
Het type exemplaar is afkomstig van Sumatra; Indonesië. Andere vangstlocaties zijn Mertang rivier; Maleisië. Teloh Bahang; Maleisië. Temerloh, Terachi; Maleisië. Terachi; Maleisië.
Lengte
Betta fusca kan een totale lengte bereiken van zo’n 120 mm (TL).
Houden van Betta fusca
Betta fusca moet niet in een te klein aquarium gehouden worden. Een aquarium van een meter in lengte is uitermate geschikt. De bodem moet bestaan of uit zwart grind of uit zwart grind met daarover een laag turf en eikenbladeren. Ook is het zeer aan te raden het aquarium dicht te beplanten om zodoende voor schuilplaatsen te zorgen, tevens draagt een dicht beplanting ook bij aan het gedrag van de soort; Betta fusca zal zich zeer op zijn gemak voelen en de mooiste kleuren vertonen.
De waterwaarden spelen een belangrijke rol bij de optimale verzorging. Daarbij is het verstandig om de waarden gemeten in het natuurlijke biotoop aan te houden; een pH tussen de 5.5 en 7.0, dH 12 en temperaturen die varieerden tussen de 22° en 26°C. Betta fusca is niet erg agressief, afgezien van de periodes vooraf, tijdens en na de voortplanting. Het is goed mogelijk om 2 paartjes, of een mannetje of vrouwtje meer, te houden in een bak van een meter.
Voortplanting van Betta fusca
De soort is een muilbroeder die zich voortplant nabij de bodem. Na de voortplanting heeft het mannetje alle eitjes in de muil en zondert zich af nabij het wateroppervlak tussen de drijfplanten. Na ongeveer 14 dagen worden de ca. 60 jongen losgelaten. In acht maanden bereiken ze al een lengte van 80 mm.
Video
Auteur
Stefan vd Voort – Nederlandse Vereniging voor Labyrintvissen (originele website niet meer online)
Gepubliceerd in overleg met het bestuur
Copyright foto’s
M. Scharfenberg
Gepubliceerd in overleg met het bestuur