Belontia hasselti – Raatstaart Goeramie
Belontia hasselti wordt in het Nederlands ook wel Raatstaart Goeramie genoemd. De geslachtsnaam Belontia is afgeleid van de inheemse naam voor Belontia hasselti in Palembang: belontja. De soortnaam hasselti is een vernoeming naar de Nederlandse natuuronderzoeker Johan Conrad van Hasselt.
Deze soort is in 1831 beschreven door Cuvier en Valenciennes.
Beschrijving
De Raatstaart Goerami kan een totale lengte bereiken van zo’n 20 centimeter. Ze zijn bruin/gruizig van kleur. Op de staartwortel is een donkere vlek te zien. Mannen kunnen agressief zijn naar soortgenoten, inclusief niet broedende vrouwen.
Dieet
Deze soort is voornamelijk carnivoor. Ze eten in het wild kleine visjes, slakken en ongewervelden. In het aquarium kun je ze voeren met levend en diepvriesvoer, mosselen, regenwormen. Na enige gewenning kun je ze ook voeren met droogvoer zoals vlokken en granulaat.
Herkomst
De Raatstaart Goeramie komt voor in Indonesië en Maleisië, maar ook in Singapore.
Houden van Belontia hasselti
De Raatstaart Goeramie is geen vis voor beginners. De dieren zijn erg gevoelig, en zowel de kweek als het houden van deze vissen kan problemen geven. Het zijn extreem vreedzame en rustige vissen, die eigenlijk het beste in een groot speciaal aquarium gehouden moeten worden. Een zeer dicht beplante bak, met veel licht(liefst ook zonlicht), frequente waterwissels, en goede filtering zijn noodzakelijk. De temperatuur moet ergens tussen de 25 en 30 graden liggen. De overige waterwaarden, pH tussen 6.5 en 8.0, en een hardheid tot 35 dGH.
Voortplanting van Belontia hasselti
Het is erg moeilijk om deze dieren te kweken, bij hogere temperaturen van 28-30 graden, en een verlaagde waterstand bouwt het mannetje een schuimnest aan het oppervlak. Tot 700 eieren worden gelegd, die na 2 dagen uitkomen, en na nog eens 1 dag vrijzwemmen.
Video
Auteur
Eric Naus – NVL
Copyright foto’s
Non Panitvong – Siamensis.org
Michael Lo