Apistogramma nijsseni
De Apistogramma nijsseni kan een totale lengte bereiken van zo’n 9 centimeter. Het vrouwtje blijft iets kleiner en wordt niet langer dan zo’n 6 centimeter. Het is een vreedzame dwergcichlide die gemakkelijk met soortgenoten samengehouden kan worden. Het zijn territoriumvormers. Ze kunnen als koppel of in een groter aquarium (dan vanaf een aquarium lengte van 150 centimeter) in een groep gehouden worden. Houdt daarbij dan minimaal 3 mannetjes met evenveel vrouwtjes aan voor een goed evenwicht binnen de groep.
Herkomst
Peru. Deze soort is in eerste instantie gevonden in een klein gebied in de Rio Ucayali tussen Jenaro Herrera en Colonia Angamos maar inmiddels denkt men dat ze in een veel groter gebied voorkomen. Het leefgebied bestaat uit zwartwater door het vele plantaardige afval. De humuszuren kleuren het water donker. Het water is dan ook zacht en zuur met een hele lage geleidbaarheid van 3 tot 25 microsiemens en een pH rond de 5.5.
Inrichting
Voor de Apistogramma nijsseni is een aquarium nodig van minimaal 80 centimeter. Het aquarium inrichten met dichte beplanting, drijfplanten, kienhout, stenen en halve kokosnoten zodat er voldoende holen en schuilplaatsen ontstaan. De bodem moet bestaan uit zand, het is aan te raden regelmatig het water te verversen.
Water
Temperatuur: 24-30 graden.
PH: 5,5-6,5
GH: 0-4
In de natuur hebben vissen te maken met schommelende temperaturen. Gedurende lange tijd vissen op de minimum of maximum temperatuur houden is niet altijd gewenst en kan de gemiddelde levensduur van de dieren bekorten.
Voeding
Van nature eten Apistogramma detritus, ideaal zou zijn als die ook in het aquarium aanwezig is. Als voedsel kan ook klein levend voer worden gegeven zoals muggelarven, artemia, watervlooien en cyclops, droogvoer wordt nauwelijks geaccepteerd. Zorg voor voldoende afwisseling.
De Kweek van de Apistogramma nijsseni
De kweek is bij Apistogramma nijsseni vrij moeilijk. Het water moet zeer zacht en zuur zijn en het koppel moet elkaar zien zitten. Denk aan een maximale geleidbaarheid van zo’n 50 microsiemens. Bij deze soort gaat het koppelen lastiger dan bij de meeste andere Apistogramma soorten. De eitjes worden in een hol afgezet en bevrucht, het vrouwtje bewaakt het legsel, het mannetje verdedigt het territorium. Een nest bestaat uit zo’n 60 tot 70 jongen. De jongen zwemmen na ongeveer een week vrij rond, ze kunnen worden opgekweekt met artemia-naupliën.
Video
Auteur
Coby – Jelle Touwen
Copyright foto’s