Achirus achirus – Dwergzoetwaterschol
Achirus achirus is in 1758 beschreven door Linnaeus. De naam Achirus is afgeleid van twee oud Griekse woorden. A betekent ‘zonder’ en cheir betekent ‘handen’. Samen betekent het zonder handen, een verwijzing naar het ontbreken van de borstvinnen. In het Nederlands worden ze ook wel Dwergzoetwaterschol genoemd.
Synoniemen: Achirus maculipinnis gunteri, Monochir punctifer, Monochirus lineatus, Pleuronectes achirus
Beschrijving
In het aquarium wordt de Dwergzoetwaterschol niet zo groot als in het wild. Door de vaak kleinere afmetingen bereiken ze in het aquarium een lengte van hooguit zo’n 10 centimeter. In het wild kunnen ze uitgroeien tot een lengte van maximaal 37 centimeter.
Achirus achirus is een rustige, wat teruggetrokken vis. Buiten de paartijd zijn het alleengangers die op en in de bodem leven.
Herkomst
Zuid Amerika: Suriname, Brazilie, Uruquay, Peru,
• Rio Ucayali
• Rio Maranon
• Amazone
Contamana – Iquitos – Yarimaguas – Yarina – Cocha
Dieet
Klein levend voer, voornamelijk rode muggenlarven en Tubifex.
Het Aquarium
Fijn zand en platte stenen zodat ze in kunnen graven en alleen hun ogen nog zichtbaar zijn.
Minimum lengte aquarium 100 cm. Het aquarium moet voorzien zijn van een deksel, Achirus achirus kunnen behoorlijk springen!
Water
Hardheid tot 18 dGH;
Lichtzuur, pH 6,5-7,5;
Temperatuur: 25 – 30 C;
Ze komen voor in zoet- en brakwater tot op een diepte van 20 meter.
Auteur
Tekkelke – John de Lange
Copyright foto’s
Tekkelke – J. de Lange
Bronnen
Mergus Aquarien Atlas 1985 Deel-4 blz 826
Fishbase
Beoordelingen
Er zijn nog geen beoordelingen.